ECLI:NL:RVS:2023:2476
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot niet in behandeling nemen aanvraag verblijfsvergunning
Op 28 juni 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een vreemdeling verzocht om een voorlopige voorziening. De vreemdeling had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 27 februari 2023 niet in behandeling was genomen. De rechtbank Den Haag had op 4 april 2023 het beroep van de vreemdeling tegen deze beslissing ongegrond verklaard, waarna de vreemdeling hoger beroep instelde en tevens verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter overwoog dat het hoger beroep nader onderzoek vergt, mede in het licht van een arrest van het Hof van Justitie van 30 maart 2023. Dit arrest en eerdere zaken over het interstatelijk vertrouwensbeginsel voor Bulgarije maakten duidelijk dat de procedure zich niet goed leent voor een snelle beslissing. Daarom werd besloten om de vreemdeling niet over te dragen totdat er op het hoger beroep is beslist.
Daarnaast werd de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die op € 837,00 werden vastgesteld, geheel toe te rekenen aan beroepsmatige rechtsbijstand. De uitspraak werd gedaan door mr. C.J. Borman, in tegenwoordigheid van mr. A.M. van Meurs-Heuvel, griffier, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.