ECLI:NL:RVS:2023:2126

Raad van State

Datum uitspraak
29 mei 2023
Publicatiedatum
1 juni 2023
Zaaknummer
202303334/2/V3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
  • W. Wissels
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening ter voorkoming van overdracht aan Frankrijk

Op 29 mei 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een mondelinge uitspraak gedaan op het verzoek van een vreemdeling om een voorlopige voorziening te treffen. De vreemdeling verzocht om te voorkomen dat zij op 30 mei 2023 om 11:50 uur zou worden overgedragen aan Frankrijk. Dit verzoek was ingediend in het kader van een hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, van 24 mei 2023, in zaak nr. NL23.6607. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat, gezien het feit dat de termijn voor hoger beroep nog niet was verstreken, het noodzakelijk was om bij wijze van ordemaatregel een voorlopige voorziening te treffen. Hierdoor blijft de voorgenomen overdracht op 30 mei 2023 achterwege.

Daarnaast heeft de voorzieningenrechter de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten die de vreemdeling heeft gemaakt in verband met de behandeling van het verzoek. Deze kosten bedragen € 837,00 en zijn geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat de staatssecretaris de proceskosten moet vergoeden, omdat de vreemdeling recht heeft op een adequate rechtsbijstand in deze procedure. De uitspraak benadrukt het belang van rechtsbescherming voor vreemdelingen in het kader van bestuursrechtelijke procedures.

Uitspraak

202303334/2/V3.
Datum uitspraak: 29 mei 2023
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht), met toepassing van artikel 8:83, vierde lid, van die wet, hangende het hoger beroep van:
[de vreemdeling],
verzoekster,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, van 24 mei 2023 in zaak nr. NL23.6607 in het geding tussen:
de vreemdeling
en
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.
De vreemdeling heeft de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen. Het verzoek is erop gericht te voorkomen dat zij op 30 mei 2023 om 11:50 uur wordt overgedragen aan Frankrijk.
De voorzieningenrechter heeft bij mondelinge uitspraak van 29 mei 2023:
I.        bepaald dat bij wijze van ordemaatregel de voorgenomen overdracht op 30 mei 2023 achterwege blijft;
II.       de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van bij de vreemdeling in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 837,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
De voorzieningenrechter heeft daartoe het volgende overwogen.
Alleen al omdat de hogerberoepstermijn nog niet is verstreken, treft de voorzieningenrechter bij wijze van ordemaatregel een voorlopige voorziening. Nadat de termijn is verstreken, zal de voorzieningenrechter uitspraak doen op het resterende deel van het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening. De staatssecretaris moet de proceskosten vergoeden.
w.g. Wissels
voorzieningenrechter
w.g. Keeman-Folador
griffier
862