ECLI:NL:RVS:2021:2617
Raad van State
- Herziening
- N. Verheij
- Rechtspraak.nl
Herziening van een eerdere uitspraak in vreemdelingenrechtelijke zaak
Op 24 november 2021 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op een verzoek tot herziening van een eerdere uitspraak van 10 februari 2021. Verzoeker, een vreemdeling, had op 8 juli 2021 de Afdeling verzocht om herziening van de eerdere uitspraken in de zaken met nummers 202100500/1/V1 en 202100500/2/V1. Het verzoek was gebaseerd op het arrest van het Hof van Justitie van 10 juni 2021, waarin werd geoordeeld dat de eerdere uitspraak niet kon standhouden. De Afdeling heeft echter overwogen dat een arrest van het Hof geen novum is dat herziening rechtvaardigt. Dit is in lijn met eerdere uitspraken van de Afdeling, waarin is vastgesteld dat een arrest van het Hof geen grond biedt voor herziening van een eerdere uitspraak. De Afdeling heeft het verzoek tot herziening dan ook afgewezen en bepaald dat de staatssecretaris geen proceskosten hoeft te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. N. Verheij, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. J. Verbeek, griffier.