ECLI:NL:RVS:2017:3373
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot niet-ontvankelijk verklaring aanvraag verblijfsvergunning
Op 5 december 2017 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een vreemdeling een voorlopige voorziening heeft verzocht. De vreemdeling had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 12 september 2017 niet-ontvankelijk was verklaard. De rechtbank Den Haag had op 7 november 2017 het beroep van de vreemdeling tegen deze beslissing ongegrond verklaard, waarna de vreemdeling hoger beroep heeft ingesteld.
In het verzoek om voorlopige voorziening vroeg de vreemdeling de voorzieningenrechter om te bepalen dat hij niet zou worden uitgezet totdat er op het hoger beroep was beslist. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen gekeken naar eerdere uitspraken en de omstandigheden van de zaak. Hij oordeelde dat het verzoek van de vreemdeling toewijsbaar was, gezien de situatie en de relevante wetgeving.
De voorzieningenrechter heeft vervolgens beslist dat de vreemdeling niet mag worden uitgezet totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Daarnaast is de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die zijn opgelopen tot € 495,00, te wijten aan beroepsmatige rechtsbijstand. Deze uitspraak is openbaar gedaan op 5 december 2017.