ECLI:NL:RVS:2017:2499
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot niet-ontvankelijk verklaring aanvraag verblijfsvergunning
Op 15 september 2017 heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin een vreemdeling een voorlopige voorziening heeft verzocht. De vreemdeling had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris op 14 juli 2017 niet-ontvankelijk was verklaard. De rechtbank Den Haag had op 17 augustus 2017 het beroep van de vreemdeling tegen deze beslissing ongegrond verklaard, waarna de vreemdeling in hoger beroep ging en tevens verzocht om een voorlopige voorziening.
De vreemdeling vroeg de voorzieningenrechter om te bepalen dat hij niet zou worden uitgezet totdat er op het hoger beroep was beslist, en dat hij opvang en verstrekkingen zou ontvangen volgens de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers. De voorzieningenrechter overwoog dat het verzoek, gezien eerdere uitspraken, voor toewijzing in aanmerking kwam. De staatssecretaris werd veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de vreemdeling, die op € 495,00 werden vastgesteld, geheel toe te rekenen aan beroepsmatige rechtsbijstand.
De voorzieningenrechter heeft in zijn beslissing bepaald dat de vreemdeling niet mag worden uitgezet totdat er een beslissing is genomen op het hoger beroep. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken op 15 september 2017.