ECLI:NL:RVS:2013:CA0114

Raad van State

Datum uitspraak
6 mei 2013
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
201302519/1/V4
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep vreemdelingenbewaring en verzoek om schadevergoeding

In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een vreemdeling die in vreemdelingenbewaring is gesteld op 16 februari 2013. De vreemdeling heeft tegen het besluit van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen. De rechtbank heeft op 12 maart 2013 het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De vreemdeling heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 6 mei 2013 uitspraak gedaan. In de overwegingen van de uitspraak wordt verwezen naar eerdere jurisprudentie, waarbij de rechtsvraag die in de grief is opgeworpen al eerder is beantwoord. De Afdeling concludeert dat de grief faalt en dat het hoger beroep kennelijk ongegrond is. De aangevallen uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd, en het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is openbaar uitgesproken en is vastgesteld door mr. C.M. Wissels, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. R.C.S. Bakker, ambtenaar van staat. De uitspraak is te vinden op rechtspraak.nl onder ECLI:NL:RVS:2013:CA0114.

Uitspraak

201302519/1/V4
Datum uitspraak: 6 mei 2013
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
[vreemdeling]
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, van 12 maart 2013 in zaak nr. 13/4778 in het geding tussen:
de vreemdeling
en
de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie.
Procesverloop
Bij besluit van 16 februari 2013 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld. Dit besluit is aangehecht.
Bij uitspraak van 12 maart 2013 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld. Tevens heeft hij daarbij de Afdeling verzocht hem schadevergoeding toe te kennen. Het hogerberoepschrift is aangehecht.
De staatssecretaris heeft een verweerschrift ingediend.
Vervolgens is het onderzoek gesloten.
Overwegingen
1. De in de grief opgeworpen rechtsvraag heeft de Afdeling eerder (uitspraak van 24 januari 2013 in zaak nr. 201207445/1/V3) beantwoord. De overwegingen 2.1. tot en met 2.4.6. van die uitspraak, waarbij de Afdeling blijft, zijn ook in dit geval van toepassing, zodat de grief faalt.
2. Het hoger beroep is kennelijk ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd.
3. Het verzoek om schadevergoeding dient reeds hierom te worden afgewezen.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. bevestigt de aangevallen uitspraak;
II. wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Aldus vastgesteld door mr. C.M. Wissels, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. R.C.S. Bakker, ambtenaar van staat.
w.g. Wissels w.g. Bakker
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 6 mei 2013
393.