ECLI:NL:RVS:2007:BA7090
Raad van State
- Hoger beroep
- W. van den Brink
- A.L.M. Steinebach-de Wit
- Rechtspraak.nl
Weigering bouwvergunning voor rijhal met paardenboxen in Wûnseradiel
In deze zaak heeft het college van burgemeester en wethouders van Wûnseradiel op 8 februari 2005 geweigerd om appellant vrijstelling en een bouwvergunning te verlenen voor het oprichten van een rijhal met paardenboxen op een perceel in Wûnseradiel. Appellant heeft bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar het college heeft dit bezwaar op 14 juni 2005 ongegrond verklaard. Hierop heeft appellant beroep ingesteld bij de rechtbank Leeuwarden, die op 23 augustus 2006 de uitspraak van het college heeft bevestigd en het beroep ongegrond verklaard. Appellant heeft vervolgens hoger beroep ingesteld bij de Raad van State, dat op 3 oktober 2006 is ingekomen.
De Raad van State heeft de zaak op 8 mei 2007 ter zitting behandeld. Appellant heeft in hoger beroep herhaald wat hij eerder bij de rechtbank heeft aangevoerd. De Raad van State oordeelt dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat het college in redelijkheid heeft kunnen weigeren om vrijstelling te verlenen, en dat het college daarom ook verplicht was om de gevraagde bouwvergunning te weigeren. De Raad van State bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en is openbaar uitgesproken op 13 juni 2007. De betrokken rechters zijn W. van den Brink en A.L.M. Steinebach-de Wit, waarbij de laatste als ambtenaar van Staat optrad.