ECLI:NL:RVS:2006:AV0252
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- W.C.E. Hammerstein-Schoonderwoerd
- M.A.G. Stolker
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake last onder dwangsom voor overtreding van het Besluit opslaan in ondergrondse tanks
In deze zaak heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 19 januari 2006 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening. Het verzoeker, een particulier, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer, dat op 21 oktober 2005 een last onder dwangsom had opgelegd wegens de overtreding van artikel 13 van het Besluit opslaan in ondergrondse tanks 1998. Verzoeker had een buiten gebruik gestelde ondergrondse tank verwijderd zonder het vereiste bodemonderzoek uit te voeren.
Tijdens de zitting op 10 januari 2006 werd het verzoek behandeld, waarbij verzoeker in persoon aanwezig was en verweerder vertegenwoordigd werd door ambtenaren van de gemeente. De Voorzitter constateerde dat verweerder voornemens was om gesubsidieerd oriënterend bodemonderzoek uit te voeren op percelen waarvan vermoed werd dat er bodemverontreiniging was ontstaan door voormalige bedrijfsactiviteiten. Verzoeker was op de hoogte gesteld dat zijn perceel tot deze groep behoorde en was door verweerder bovenaan de saneringslijst geplaatst.
De Voorzitter oordeelde dat, gezien de verlenging van de begunstigingstermijn voor de dwangsom tot 1 juni 2006 en de toezegging van verweerder om bodemonderzoek uit te voeren, het vereiste spoedeisend belang ontbrak. Daarom werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.