ECLI:NL:RVS:2005:AT8429
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
- A.L.M. Steinebach-de Wit
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake bouwvergunning voor tijdelijke starterswoningen in Almere
Op 29 september 2004 verleende het college van burgemeester en wethouders van Almere vrijstelling op basis van artikel 17 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening aan de stichting "Woningstichting Groene Stad Almere" voor de bouw van 56 tijdelijke starterswoningen op een perceel in het Wierdenpark. Dit besluit werd gevolgd door een bouwvergunning op 4 oktober 2004. Tegen deze besluiten heeft de vereniging "Belangenvereniging Houdt Haven Groen" op 18 mei 2005 hoger beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij ook een verzoek om een voorlopige voorziening werd ingediend. De zitting vond plaats op 16 juni 2005, waar de verzoekster werd vertegenwoordigd door een bestuurslid en advocaat M. Vink, en het college door ambtenaar C.L. Aben. De woningstichting was ook aanwezig.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State overwoog dat besluiten in het algemeen uitvoerbaar zijn, ook als er rechtsmiddelen zijn aangewend. De rechter in eerste aanleg had het beroep ongegrond verklaard, wat de uitvoerbaarheid van de besluiten versterkte. De Voorzitter vond geen aanleiding om aan te nemen dat de vrijstelling en bouwvergunning niet in stand zouden blijven. De tijdelijke aard van de woningen was voldoende gewaarborgd, en de plannen voor toekomstige woningbouw betroffen een periode na 2010, wat de huidige situatie niet beïnvloedde. De beperkte aantasting van groen in de omgeving werd ook in overweging genomen.
Uiteindelijk werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd openbaar gedaan op 24 juni 2005.