ECLI:NL:RVS:1999:AE8211
Raad van State
- Hoger beroep
- E.J. D.
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake verzoek om informatie over luchtvaartongevallen en de toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur versus de Luchtvaartongevallenwet
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een appellant, werkzaam als journalist, tegen de uitspraak van de arrondissementsrechtbank te Amsterdam. De rechtbank had het beroep ongegrond verklaard tegen een besluit van de Raad voor de Luchtvaart te Hoofddorp, die een verzoek om informatie inzake het ongeval met de El Al-Boeing in de Bijlmermeer had afgewezen. Het verzoek was gedaan op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob), maar de Raad stelde dat de Luchtvaartongevallenwet (Low) hierop van toepassing was en dat deze wet de Wob derogeert. De rechtbank was het eens met de Raad en oordeelde dat het verzoek van de appellant niet aan de Wob, maar aan de Low moest worden getoetst.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State bevestigde deze uitspraak. De Afdeling oordeelde dat de Wob niet van toepassing is op documenten die deel uitmaken van een vooronderzoek in het kader van de Low, en dat de appellant geen 'betrokkene' is in de zin van de Low. Dit betekent dat hij geen recht heeft op inzage in de gevraagde documenten. De Afdeling benadrukte dat de vertrouwelijkheid van het onderzoek naar de oorzaak van luchtvaartongevallen van groot belang is en dat de bijzondere openbaarmakingsregeling in de Low voorrang heeft boven de Wob. De Afdeling concludeerde dat het hoger beroep ongegrond was en bevestigde de uitspraak van de rechtbank, zonder termen voor een proceskostenveroordeling.