ECLI:NL:RBZWB:2025:8958
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Definitieve berekening huurtoeslag 2023 en terugvordering van voorschot huurtoeslag
Deze uitspraak betreft de definitieve berekening van het recht op huurtoeslag en de terugvordering van verstrekt voorschot huurtoeslag van eiseres over het jaar 2023. Eiseres is het niet eens met de terugvordering en voert verschillende beroepsgronden aan. De rechtbank beoordeelt of de Dienst Toeslagen dit bedrag op goede gronden heeft teruggevorderd. De rechtbank komt tot de conclusie dat de Dienst Toeslagen de toeslag voor het jaar 2023 en de terugvordering van te veel verstrekt voorschot juist heeft vastgesteld. Wel is de rechtbank van oordeel dat de Dienst Toeslagen de motiveringsplicht heeft geschonden, maar ziet aanleiding om dit gebrek te passeren. De rechtbank legt uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit heeft. De rechtbank stelt vast dat eiseres niet heeft betwist dat zij over te veel vermogen beschikte om in 2023 recht te hebben op huurtoeslag. Eiseres heeft gesteld dat er sprake is van schending van het evenredigheids- en motiveringsbeginsel, maar de rechtbank oordeelt dat de Dienst Toeslagen zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat in dit geval van bijzondere omstandigheden om de terugvordering te matigen of om van terugvordering af te zien geen sprake is. Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard, maar de Dienst Toeslagen moet wel het griffierecht aan eiseres vergoeden vanwege de schending van het motiveringsbeginsel.