In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 28 augustus 2025, wordt een last onder dwangsom besproken die aan eiser is opgelegd door de burgemeester van Tilburg en het college van burgemeester en wethouders. De last was opgelegd vanwege prostitutieactiviteiten die in een woning plaatsvonden. Eiser, die de woning verhuurde aan een zorginstelling, was het niet eens met de opgelegde last en heeft hiertegen beroep aangetekend. De rechtbank oordeelt dat de burgemeester de last onder dwangsom in strijd met het beleid heeft opgelegd, zonder dit deugdelijk te motiveren. Eiser heeft aannemelijk gemaakt dat hij niet wist of kon weten dat de woning in strijd met het omgevingsplan werd gebruikt. De rechtbank verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit en herroept het primaire besluit. Eiser krijgt een proceskostenvergoeding van € 3.108,00 toegewezen. De uitspraak benadrukt het belang van een deugdelijke motivering bij bestuursbesluiten en de verantwoordelijkheden van verhuurders in het kader van het omgevingsplan.