Uitspraak
1.Het procesverloop
2.De feiten
[minderjarige], geboren te [geboorteplaats], [land], op [geboortedag] 2017.
3.De verzoeken
4.De beoordeling
- het recht en belang van de vrouw om te verhuizen en in vrijheid haar leven (opnieuw) in te richten;
- de noodzaak voor de vrouw om te verhuizen;
- de mate waarin de verhuizing is doordacht en voorbereid;
- de door de vrouw geboden alternatieven en maatregelen om de gevolgen van de verhuizing voor [minderjarige] en de man te verzachten en/of te compenseren;
- de bestendigheid van de nieuwe relatie van de verhuizende ouder;
- de mate waarin de ouders in staat zijn tot onderlinge communicatie en overleg;
- de rechten van de man en [minderjarige] op onverminderd contact met elkaar in een vertrouwde omgeving;
- de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken en de continuïteit van de zorg;
- de frequentie van het contact tussen de man en [minderjarige] voor en na de verhuizing;
- de leeftijd van de [minderjarige], haar mening en de mate waarin zij is geworteld in haar omgeving of juist gewend is aan verhuizingen;
- de (extra) kosten van het contact na de verhuizing.
Als uitgangspunt geldt dat een ouder bij wie de minderjarige hoofdverblijf heeft in beginsel de gelegenheid moet krijgen om met de minderjarige ergens anders een gezinsleven en toekomst op te bouwen. De vrijheid van de vrouw om met de minderjarige te verhuizen kan echter worden beperkt op een wijze die in de wet is voorzien en die in een democratische samenleving noodzakelijk is ter bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. Nu de vrouw en de man gezamenlijk het gezag over de minderjarige uitoefenen en de man in het kader van de zorgregeling een structuerele contactregeling met de minderjarige heeft, zou een verhuizing van de minderjarige met zich kunnen brengen dat de daadwerkelijke uitoefening van het gezag door de man en de contactregeling worden beperkt. Om die reden zou de bescherming van de rechten en vrijheden van de man of van de minderjarige (indirect) een inbreuk op de vrijheid van verplaatsing van de vrouw kunnen rechtvaardigen. De omstandigheden van het geval moeten na een belangenafweging zoals hiervoor genoemd een beslissing om te verhuizen rechtvaardigen.
5.De beslissing
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.