ECLI:NL:RBZWB:2025:4711
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beslissing over verzoek om geheimhouding in belastingrechtelijke zaak
In deze zaak heeft de geheimhoudingskamer van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 juli 2025 een beslissing genomen over een verzoek om geheimhouding van stukken in een belastingrechtelijke procedure. De inspecteur van de Belastingdienst had een verzoek ingediend om bepaalde interne documenten geheim te houden, waaronder e-mailcorrespondentie en memo's, die volgens hem vertrouwelijke informatie bevatten die niet openbaar gemaakt mocht worden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de geheimgehouden stukken betrekking hebben op intern beraad en strategische overwegingen, en dat het belang van de inspecteur bij geheimhouding zwaarder weegt dan het belang van de belanghebbende bij kennisneming van deze stukken. De belanghebbende had gereageerd op het verzoek om geheimhouding en verklaard niet akkoord te gaan, maar de rechtbank oordeelde dat een mondelinge behandeling niet nodig was, omdat de belanghebbende voldoende schriftelijk had kunnen reageren. De geheimhoudingskamer heeft uiteindelijk besloten het verzoek om geheimhouding toe te wijzen, waardoor de stukken niet openbaar gemaakt worden. Deze beslissing is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak.