ECLI:NL:RBZWB:2025:369
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Openbaarheid van informatie op basis van de Wet open overheid in het kader van varkenshouderij en dierenwelzijn
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 24 januari 2025, wordt het beroep van eiseres, een varkenshouderij, tegen een besluit van de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, behandeld. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de gedeeltelijke openbaarmaking van informatie op basis van de Wet open overheid (Woo). De minister had op 22 juni 2023 een primair besluit genomen naar aanleiding van een Woo-verzoek van een derde partij, waarin informatie over dierenwelzijnsinspecties van varkensstallen werd opgevraagd. Eiseres vreesde dat openbaarmaking van deze informatie zou leiden tot negatieve gevolgen voor haar bedrijf, gezien de negatieve houding van de Woo-verzoeker ten opzichte van de sector.
De rechtbank oordeelt dat het beroep ongegrond is. De rechtbank stelt vast dat de minister bij de openbaarmaking van informatie een afweging heeft gemaakt tussen het belang van openbaarheid en de bescherming van persoonlijke levenssfeer en de beveiliging van personen en bedrijven. De rechtbank concludeert dat de door eiseres aangevoerde redenen voor geheimhouding niet voldoende onderbouwd zijn. De rechtbank wijst erop dat de minister de bedrijfsnaam van eiseres niet openbaar hoeft te maken, en dat de informatie die openbaar gemaakt wordt, niet herleidbaar is tot eiseres. De rechtbank benadrukt dat de Wet open overheid het uitgangspunt heeft van 'openbaar, tenzij', en dat de weigeringsgronden restrictief moeten worden uitgelegd.
De rechtbank komt tot de conclusie dat de belangen van openbaarmaking zwaarder wegen dan de belangen van eiseres, en verklaart het beroep ongegrond. Eiseres krijgt geen vergoeding van proceskosten en het griffierecht wordt niet teruggegeven. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.