Op 24 januari 2025 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van mishandeling van zijn huisgenoot, met zwaar lichamelijk letsel als gevolg. De zaak vond zijn oorsprong op 20 juli 2023, toen er een ruzie ontstond tussen de verdachte en zijn huisgenoot over een afstandsbediening. Tijdens deze ruzie sloeg de verdachte met een fles tegen het gezicht van de huisgenoot, wat resulteerde in ernstig letsel. De officier van justitie beschuldigde de verdachte van (poging tot) zware mishandeling, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor deze zware kwalificatie. De rechtbank verwierp ook het beroep op noodweer van de verdachte, omdat de omstandigheden niet voldeden aan de vereisten voor een geslaagd beroep op noodweer. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan mishandeling, terwijl het feit zwaar lichamelijk letsel ten gevolge had gehad. De verdachte werd veroordeeld tot een taakstraf van vijftig uur en moest een schadevergoeding betalen aan de benadeelde partij, die bestond uit materiële en immateriële schade. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn status als first offender en de lage kans op recidive.