Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 van het Wetboek van Strafvordering (hierna te noemen: Sv) op 20 september 2023 onder klager in beslag zijn genomen een groot aantal kratten en rolley's (hierna te noemen: kratten en rolley’s);
- het klaagschrift, ingediend op 21 november 2023 ter griffie van deze rechtbank ingevolge artikel 552a Sv;
- het verweerschrift van de officier van justitie; en
- de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
- mr. [naam 2] namens [belanghebbende 1] ;
- dhr. [naam 3] namens [belanghebbende 2] B.V.;
- dhr. [naam 4] namens [belanghebbende 3] ;
- dhr. [naam 5] en dhr. [naam 6] namens [belanghebbende 4] ;
- dhr. [naam 7] en dhr. [naam 8] namens [belanghebbende 5] BV ter vertegenwoordiging van [bedrijf 1] B.V.
2.De beoordeling
3.De beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).