ECLI:NL:RBZWB:2024:8823
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de WOZ-waarde van een woning in het kader van een bezwaar tegen de heffingsambtenaar
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedaan op 20 december 2024, wordt het beroep van de belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar beoordeeld. De heffingsambtenaar had de WOZ-waarde van de woning van de belanghebbende vastgesteld op € 570.000 per 1 januari 2022, wat leidde tot een aanslag in de onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2023. De belanghebbende was het niet eens met deze waardevaststelling en had bezwaar aangetekend, dat door de heffingsambtenaar ongegrond was verklaard. De rechtbank heeft op 27 november 2024 de zaak behandeld, waarbij de belanghebbende werd bijgestaan door zijn partner en de heffingsambtenaar vertegenwoordigd was door een ambtenaar.
De rechtbank heeft de argumenten van de belanghebbende tegen de vastgestelde WOZ-waarde beoordeeld. De belanghebbende stelde dat de uitspraak op bezwaar onvoldoende gemotiveerd was en dat de heffingsambtenaar niet adequaat was ingegaan op zijn bezwaren. De rechtbank oordeelde dat de heffingsambtenaar voldoende had gemotiveerd waarom de WOZ-waarde was gehandhaafd en dat er geen sprake was van een schending van het motiveringsbeginsel. De rechtbank concludeerde dat de waarde van de woning niet te hoog was vastgesteld, ook al waren er onjuistheden in de objectkenmerken die door de heffingsambtenaar waren gebruikt.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de heffingsambtenaar de waarde had bepaald aan de hand van vergelijkingsmethoden en dat de referentiewoningen voldoende vergelijkbaar waren. De rechtbank oordeelde dat de heffingsambtenaar voldoende rekening had gehouden met de verschillen tussen de woningen en dat de uiteindelijke getaxeerde waarde van de woning van de belanghebbende, zelfs na correcties, nog steeds hoger was dan de beschikte waarde. De rechtbank verklaarde het beroep van de belanghebbende ongegrond, waardoor de WOZ-waarde van de woning gehandhaafd bleef.