Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het procesverloop
2.Het verzoek
3.De gronden van het wrakingsverzoek
“Mijn advocaat, mr. Namjesky, was vandaag verhinderd. Ik vind de zaak niet spoedeisend. De behandeling kan ook een week later plaatsvinden. Doordat mijn advocaat vandaag niet aanwezig kan zijn, voel ik mij achtergesteld ten opzichte van de eisende partij. Om die reden wraak ik u.”
4.De beoordeling
5.De beslissing
- verklaart het verzoek tot wraking kennelijk ongegrond;
- bepaalt dat de behandeling van de zaak met nummer 11274901 VV EXPL 24-55 wordt voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van de schorsing wegens indiening van het verzoek.