ECLI:NL:RBZWB:2024:590
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep tegen het besluit van het college over de omgevingsvergunning
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 25 januari 2024, wordt het beroep van eiser tegen het bestreden besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zundert behandeld. Het college had op 22 augustus 2023 een omgevingsvergunning verleend, maar eiser heeft zijn beroep te laat ingediend. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het beroepschrift pas op 13 oktober 2023 is ingediend, terwijl de termijn voor indienen eindigde op 11 oktober 2023. Eiser erkent zelf dat het beroepschrift niet tijdig is ingediend.
De rechtbank onderzoekt of het te laat indienen verontschuldigbaar is. Eiser heeft aangevoerd dat hij bijgestaan werd door een gemachtigde, die hem op 27 september 2023 heeft geïnformeerd dat hij niet langer werkzaam zou zijn bij het rechtsbijstandkantoor. Eiser heeft echter zelf een pro forma beroepschrift ingediend zonder een gemachtigde. De rechtbank stelt vast dat eiser verantwoordelijk is voor het tijdig indienen van het beroepschrift en dat het handelen van zijn gemachtigde voor zijn rekening en risico komt. De rechtbank concludeert dat de overschrijding van de beroepstermijn niet verontschuldigbaar is.
Daarom verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk, wat betekent dat het bestreden besluit in stand blijft en er geen proceskostenveroordeling plaatsvindt. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.