Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De benadeelde partij
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
een taakstraf van 240 uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
120 dagen;
een gevangenisstraf van 181 dagen, waarvan 180 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar;
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
vijf jaren;
[slachtoffer]van
€ 3.000,-aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente, vanaf 20 mei 2023 tot aan de dag der voldoening;
€ 339,-;
[slachtoffer] , € 3000, -te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente, vanaf 20 mei 2023 tot aan de dag der voldoening;
40 dagen gijzelingkan worden toegepast, met dien verstande dat toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft;