Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
ex artikel 530 Svten laste van de Staat voor een bedrag van:
- € 3.952,97, voor vergoeding van kosten rechtsbijstand;
- € 340,00 als forfaitaire vergoeding voor de kosten met betrekking tot het opstellen en indienen van het verzoekschrift dan wel € 680,00 bij behandeling van het verzoekschrift in raadkamer
- de beschikking van de rechtbank van 31 juli 2023, waarbij het klaagschrift ex artikel 552a Sv gegrond is verklaard;
- de schriftelijke reactie van de officier van justitie.
2.De beoordeling
€ 3.952,97verzocht.
€ 680,00toegekend.
3.De beslissing
€ 4.632,97zal worden overgemaakt op [rekeningnummer] ten name van Stichting Derdengelden van Stroobach & Dijkers advocaten, onder vermelding van “schadevergoeding [verzoeker] /Staat (552a Sv)”, [kenmerk] .