ECLI:NL:RBZWB:2024:2916
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens termijnoverschrijding in belastingzaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 6 mei 2024, wordt de niet-ontvankelijkheid van de beroepen van belanghebbende tegen de bestreden uitspraken op bezwaar van de inspecteur van de belastingdienst behandeld. De beroepen zijn ingediend tegen naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting en een opgelegde boete. De rechtbank oordeelt dat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn omdat ze te laat zijn ingediend. De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt zes weken en begint op de dag na de dagtekening van de uitspraak op bezwaar. In dit geval was de dagtekening 24 februari 2023, waardoor de termijn eindigde op 7 april 2023. Het beroepschrift is echter pas op 26 april 2023 op de post gedaan, wat betekent dat het niet tijdig is ingediend. De rechtbank heeft belanghebbende de gelegenheid gegeven om redenen voor de termijnoverschrijding aan te geven, maar er is geen reactie ontvangen. Hierdoor blijft de niet-ontvankelijkheid van de beroepen staan en worden de bestreden besluiten in stand gehouden. De rechtbank verklaart de beroepen niet-ontvankelijk en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.