ECLI:NL:RBZWB:2024:2877
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak
Op 2 mei 2024 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak BRE 23/10373, waarin belanghebbende in beroep ging tegen een uitspraak op bezwaar van de ontvanger van de belastingdienst. Het beroep was gericht tegen de verrekening met de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen over het jaar 2015. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat belanghebbende het verschuldigde griffierecht van € 184,- niet heeft betaald. De rechtbank heeft in haar beoordeling aangegeven dat het niet tijdig betalen van het griffierecht niet verontschuldigbaar is, aangezien belanghebbende geen goede reden heeft gegeven voor het verzuim. De griffier had belanghebbende eerder gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht en had hem meerdere keren in de gelegenheid gesteld om dit te voldoen. Aangezien het griffierecht niet op tijd is betaald, heeft de rechtbank besloten het beroep niet inhoudelijk te beoordelen en het bestreden besluit in stand te laten. De uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.