ECLI:NL:RBZWB:2024:2423
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot proceskostenvergoeding in bestuursrechtelijke procedure tegen de Sociale Verzekeringsbank
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 17 april 2024, wordt het verzoek van verzoekster om veroordeling van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) in de proceskosten beoordeeld. Verzoekster had eerder haar beroep tegen een besluit van de SVB ingetrokken, nadat de SVB op 6 december 2023 het bestreden besluit had ingetrokken en een nieuw besluit had genomen. De rechtbank heeft de SVB in de gelegenheid gesteld te reageren op het verzoek om proceskostenveroordeling, waarop de SVB instemde met een proceskostenveroordeling, mits deze binnen de kaders van het Besluit proceskosten bestuursrecht viel.
De rechtbank oordeelt dat verzoekster recht heeft op vergoeding van haar proceskosten, omdat de SVB geheel tegemoet is gekomen aan haar beroep. De SVB had eerder geweigerd om dubbele kinderbijslag toe te kennen aan verzoekster, maar heeft dit in het nieuwe besluit wel gedaan. Verzoekster vraagt om vergoeding van kosten voor rechtsbijstand en een medisch advies, in totaal € 1.000,86 exclusief btw. De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling toe en stelt de totale vergoeding vast op € 2.777,31, inclusief het griffierecht van € 50,- dat de SVB aan verzoekster moet vergoeden.
De uitspraak benadrukt dat de SVB verplicht is om de proceskosten te vergoeden, en dat verzoekster zich hiervoor tot de SVB moet wenden. De rechtbank heeft de uitspraak zonder zitting gedaan, en deze is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. De partijen hebben de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.