ECLI:NL:RBZWB:2024:1967
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 22 maart 2024, wordt het beroep van de belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard wegens het niet betalen van het griffierecht. De zaak betreft een naheffingsaanslag omzetbelasting over het eerste kwartaal van 2020. De belanghebbende had op 1 mei 2023 gereageerd op de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de belastingdienst, maar trok het beroep op 10 augustus 2023 in. De rechtbank heeft de belanghebbende gevraagd of zij het beroep wenst voort te zetten, maar hierop is niet gereageerd en het griffierecht is niet betaald.
De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht van € 365,- niet is betaald en er geen verontschuldigbare reden is voor het verzuim. De griffier heeft de belanghebbende herhaaldelijk gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht en de termijn waarbinnen dit moest gebeuren. Aangezien de belanghebbende geen tijdige betaling heeft gedaan en geen goede reden heeft opgegeven voor het verzuim, blijft het bestreden besluit in stand. De rechtbank besluit dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling en verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na verzending van de uitspraak een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.