ECLI:NL:RBZWB:2024:167
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen het opgelegde gebiedsverbod door de burgemeester van Middelburg
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedaan op 9 januari 2024, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van de burgemeester van Middelburg beoordeeld. Eiser had bezwaar gemaakt tegen een gebiedsverbod dat hem was opgelegd voor de duur van vier weken, naar aanleiding van een incident op 17 april 2022. De burgemeester had dit verbod ingesteld op basis van een mutatierapport van de politie, waarin werd gesteld dat eiser de openbare orde had verstoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep gegrond is, omdat de burgemeester onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat eiser daadwerkelijk verantwoordelijk was voor de verstoring van de openbare orde. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit, maar laat de rechtsgevolgen in stand, omdat de burgemeester in redelijkheid het gebiedsverbod heeft kunnen opleggen. Eiser heeft recht op vergoeding van griffierecht en proceskosten, die door de burgemeester moeten worden betaald. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor de burgemeester om een zorgvuldige belangenafweging te maken bij het opleggen van een gebiedsverbod, en dat er voldoende bewijs moet zijn voor de gestelde overtredingen.