ECLI:NL:RBZWB:2024:119
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Beschikking
- mr. Van den Boom
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van ontslag op staande voet wegens niet onverwijlde mededeling en onduidelijke redenen
In deze zaak verzoekt de werknemer om vernietiging van een ontslag op staande voet dat door zijn werkgever is gegeven. De kantonrechter oordeelt dat het ontslag niet rechtsgeldig is, omdat het niet onverwijld is gegeven. De werkgever had de werknemer op 20 september 2023 ontslagen, terwijl de feiten en omstandigheden die aan het ontslag ten grondslag lagen, al vóór de ziekmelding van de werknemer op 4 september 2023 bekend waren. Dit betekent dat het ontslag niet voldoet aan de eis van onverwijlde mededeling van de dringende reden voor het ontslag. Bovendien zijn de redenen voor het ontslag te algemeen geformuleerd, waardoor de werknemer niet in staat was zich adequaat te verweren. De kantonrechter vernietigt het ontslag en oordeelt dat de werkgever het loon van de werknemer moet doorbetalen tot het moment dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig eindigt. De werkgever wordt ook veroordeeld tot betaling van de wettelijke verhoging en proceskosten. De beschikking is gegeven op 10 januari 2024.