Bijlage: voor deze uitspraak belangrijke wet- en regelgeving
1. Onder inkomen wordt verstaan de op grond van artikel 31 in aanmerking genomen middelen voorzover deze:
a. betreffen inkomsten uit of in verband met arbeid, inkomsten uit vermogen, een premie als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdeel j, een kostenvergoeding als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdeel k, inkomsten uit verhuur, onderverhuur of het hebben van een of meer kostgangers, socialezekerheidsuitkeringen, uitkeringen tot levensonderhoud op grond van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, voorlopige teruggave of teruggave van inkomstenbelasting, loonbelasting, premies volksverzekeringen en inkomensafhankelijke bijdragen als bedoeld in artikel 43 van de Zorgverzekeringswet, dan wel naar hun aard met deze inkomsten en uitkeringen overeenkomen; en
b. betrekking hebben op een periode waarover beroep op bijstand wordt gedaan.
Artikel 54. Onjuiste gegevens en onvoldoende medewerking
(…)
3. Het college herziet een besluit tot toekenning van bijstand, dan wel trekt een besluit tot toekenning van bijstand in, indien het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting, bedoeld in artikel 17, eerste lid, of artikel 30c, tweede en derde lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van bijstand. Onverminderd het elders in deze wet bepaalde terzake van herziening of intrekking van een besluit tot toekenning van bijstand kan het college een besluit tot toekenning van bijstand herzien of intrekken, indien anderszins de bijstand ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend.
Artikel 58. Terugvordering
(…)
2. Het college van de gemeente die de bijstand heeft verleend kan kosten van bijstand terugvorderen, voorzover de bijstand:
a. anders dan in het eerste lid, ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend;
Artikel 2. Kring van rechthebbenden
1. Algemene bijstand kan worden verleend aan:
a. de zelfstandige die gedurende een redelijke termijn als zodanig werkzaam is geweest en wiens bedrijf of zelfstandig beroep levensvatbaar is; (…)
1. In afwijking van artikel 32, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet wordt bij de bijstandsverlening aan een zelfstandige rekening gehouden met het inkomen over een boekjaar. Een teruggave van inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen wordt bij een zelfstandige niet als inkomen aangemerkt.
2. Bij de bijstandsverlening aan een zelfstandige worden de verschuldigde inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen over inkomen waarover geen loonbelasting is geheven gesteld op 20 procent [Red: per 1 januari 2021: 17 procent] van dat inkomen.
Hoofdstuk VIIa. Tijdelijke afwijkende regels voor instroom tijdens vierde kwartaal 2021 (zoals dit gold van 1 oktober 2021 tot 1 april 2022):
Artikel 54. Reikwijdte (zoals dit gold van 1 oktober 2021 tot 1 januari 2022)
Dit hoofdstuk is met betrekking tot het verlenen van algemene bijstand van toepassing op de rechthebbende, bedoeld in artikel 2, voor zover:
a. de algemene bijstand op grond van dit besluit aanvangt in de periode van 1 oktober 2021 tot en met 31 december 2021, en;
b. de algemene bijstand ziet op de kalendermaanden oktober, november of december 2021.
Artikel 54. Reikwijdte (zoals dit gold van 1 januari 2022 tot 1 april 2022)
Dit hoofdstuk is met betrekking tot het verlenen van algemene bijstand van toepassing op de rechthebbende, bedoeld in artikel 2, voor zover:
a. het verlenen van algemene bijstand op grond van dit besluit aanvangt in de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 maart 2022, of sprake is van een nieuwe aanvraag als bedoeld in artikel 60aa; en
b. de algemene bijstand ziet op de kalendermaanden december 2021, en januari, februari of maart 2022.
Artikel 55. Buitentoepassingverklaring van enige bepalingen
De artikelen 3, 4, 5, 6, eerste lid, eerste zin, en 19, en Hoofdstuk II, paragrafen 3 en 4, zijn niet van toepassing.
Artikel 56. Aanvraag (zoals dit gold van 1 oktober 2021 tot 1 januari 2022)
1. Voor de toepassing van artikel 44, eerste lid, derde zinsdeel, van de wet wordt de aanvraag die is ingediend in de periode, bedoeld in artikel 54, geacht te zijn ingediend op de eerste dag van de kalendermaand voorafgaand aan de kalendermaand waarin de aanvraag is ingediend, met dien verstande dat de aanvraag niet wordt geacht te zijn gedaan voor 1 oktober 2021.
2. De aanvrager verklaart schriftelijk en geeft de volgende informatie:
a. dat hij voor de kalendermaanden waarover algemene bijstand wordt aangevraagd, verwacht een in aanmerking te nemen inkomen te hebben dat lager is dan de bijstandsnorm;
b. voor de kalendermaanden waarover algemene bijstand wordt aangevraagd een opgave van het inkomen dat hij heeft verworven of verwacht te gaan verwerven.
3. De gehuwde zelfstandige betrekt bij de verklaring, bedoeld in het tweede lid, het inkomen van beide echtgenoten.
Artikel 56. Aanvraag (zoals dit gold van 1 januari 2022 tot 1 april 2022)
1. Voor de toepassing van artikel 44, eerste lid, derde zinsdeel, van de wet wordt de aanvraag die is ingediend in de periode, bedoeld in artikel 54, geacht te zijn ingediend op de eerste dag van de kalendermaand voorafgaand aan de kalendermaand waarin de aanvraag is ingediend, met dien verstande dat:
a. de aanvraag niet wordt geacht te zijn gedaan voor 1 december 2021; en
b. indien voor de kalendermaand december 2021 reeds algemene bijstand is verleend op grond van hoofdstuk VIIa, zoals dat luidde op 31 december 2021, de aanvraag niet wordt geacht te zijn gedaan voor 1 januari 2022.
2. De aanvrager verklaart schriftelijk en geeft de volgende informatie:
a. dat hij voor de kalendermaanden waarover algemene bijstand wordt aangevraagd, verwacht een in aanmerking te nemen inkomen te hebben dat lager is dan de bijstandsnorm;
b. voor de kalendermaanden waarover algemene bijstand wordt aangevraagd een opgave van het inkomen dat hij heeft verworven of verwacht te gaan verwerven.
3. De gehuwde zelfstandige betrekt bij de verklaring, bedoeld in het tweede lid, het inkomen van beide echtgenoten.
Artikel 57. Vermogen
In afwijking van artikel 34 van de wet wordt vermogen niet in aanmerking genomen.
Artikel 58. Vorm van de algemene bijstand
Algemene bijstand wordt verleend in de vorm van een bedrag om niet.
Artikel 60aa. Overgangsbepaling in verband met tijdelijke afwijkende regels voor instroom tijdens vierde kwartaal 2021
Indien op grond van hoofdstuk VIIa algemene bijstand is toegekend en met ingang van het tijdstip waarop dit hoofdstuk vervalt, op of na dat tijdstip algemene bijstand op grond van dit besluit is benodigd, wordt hiertoe een nieuwe aanvraag om algemene bijstand ingediend.
Artikel 60ab. Overgangsbepaling in verband met tijdelijke afwijkende regels voor instroom tijdens eerste kwartaal 2022 (zoals dit gold van 1 januari 2022 tot 1 april 2022)
Indien in de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 maart 2022 op grond van hoofdstuk VIIa, zoals ingevoegd bij Besluit van 18 februari 2022 tot wijziging van het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 in verband met het verlengen van de tijdelijke regels voor bijstandverlening aan zelfstandigen als gevolg van de verhoogde instroom door de crisis in verband met COVID-19 tot en met maart 2022 (Stb. 2022, 82), algemene bijstand is toegekend en op of na 1 april 2022 algemene bijstand op grond van dit besluit is benodigd:
a. wordt hiertoe een nieuwe aanvraag om algemene bijstand ingediend; en
b. wordt, indien nadien in hetzelfde boekjaar algemene bijstand op grond van dit besluit wordt verleend, de algemene bijstand die op grond van dit hoofdstuk VIIa is verleend bij de toepassing van de artikelen 11 en 12 tot het inkomen gerekend.