In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedaan op 27 december 2023, worden de beroepen van de belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van de belastingdienst beoordeeld. De inspecteur had aan de belanghebbende voor de jaren 2020 en 2021 aanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd, waarbij ook een verzuimboete en belastingrente in rekening waren gebracht. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen deze aanslagen, maar de inspecteur verklaarde deze bezwaren niet-ontvankelijk vanwege overschrijding van de bezwaartermijn. De rechtbank oordeelt dat de inspecteur deze beslissing terecht heeft genomen, maar dat de verzoeken om ambtshalve vermindering van de aanslagen ten onrechte zijn afgewezen. De rechtbank concludeert dat de aanslagen IB/PVV 2020 en 2021 moeten worden verminderd, rekening houdend met negatieve inkomsten die de belanghebbende heeft terugbetaald aan het UWV. De rechtbank vermindert de aanslag IB/PVV 2020 naar een belastbaar inkomen van € 30.393 en de aanslag IB/PVV 2021 naar € 37.666. Tevens wordt de verzuimboete verlaagd tot € 38 en moet het griffierecht van € 50 aan de belanghebbende worden vergoed.