ECLI:NL:RBZWB:2023:9106
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaren inzake omgevingsvergunningen en bestuurlijke rechtsoordelen
Op 21 december 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaken AWB-23_10852 en 23_10858, waarbij eisers, bestaande uit vier personen, beroep hebben ingesteld tegen besluiten van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noord-Beveland. De eisers hebben bezwaar gemaakt tegen een e-mailbericht van 6 juni 2023, waarin het college hen meedeelde dat hun verzoek om bevestiging van de mogelijkheid tot recreatieve verhuur van woningen niet was toegezegd en dat de omgevingsvergunning onherroepelijk was. Het college verklaarde het bezwaar van eisers niet-ontvankelijk, omdat zij geen formele aanvraag hadden ingediend.
De rechtbank oordeelde dat eisers wel degelijk een aanvraag hadden ingediend, maar dat het college terecht had gesteld dat het bezwaar niet-ontvankelijk was. De rechtbank concludeerde dat het college niet in gebreke was gebleven en dat de eisers niet-ontvankelijk moesten worden verklaard in hun beroep tegen het niet tijdig bekend maken van een omgevingsvergunning van rechtswege. De rechtbank benadrukte dat het indienen van een aanvraag voor een vergunning of het afwachten van een besluit omtrent handhaving niet als een onevenredig bezwarende weg kan worden aangemerkt.
De rechtbank heeft beide beroepen ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.