ECLI:NL:RBZWB:2023:9032
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen WOZ-beschikking niet-ontvankelijk verklaard
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedaan op 19 december 2023, wordt het beroep van de belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Waalwijk beoordeeld. De heffingsambtenaar had op 31 januari 2022 de waarde van de onroerende zaak vastgesteld op € 440.000 per 1 januari 2021 en had een aanslag in de onroerendezaakbelastingen opgelegd. De belanghebbende heeft bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep op 14 november 2023 behandeld, waarbij de heffingsambtenaar werd vertegenwoordigd door mr. A.G. Hendriks.
De rechtbank oordeelt dat het beroepschrift niet tijdig is ingediend. De dagtekening van de uitspraak op bezwaar was 30 mei 2022, en het beroepschrift had uiterlijk op 11 juli 2022 ingediend moeten worden. Het beroepschrift is echter gedateerd op 12 juli 2022 en pas op 15 juli 2022 door de rechtbank ontvangen. De belanghebbende betwist niet dat het beroepschrift op 12 juli 2022 ter post is bezorgd, waardoor het niet tijdig is ingediend. De rechtbank overweegt dat de latere ontvangst van de uitspraak op bezwaar door de belanghebbende niet leidt tot een verlenging van de beroepstermijn.
De rechtbank komt tot de conclusie dat er geen sprake is van een verschoonbare termijnoverschrijding, omdat de belanghebbende na kennisname van de uitspraak op bezwaar nog bijna zes weken had om beroep aan te tekenen. Gezien deze overwegingen verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk.