ECLI:NL:RBZWB:2023:8859
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens ontbreken recent uittreksel handelsregister
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 22 december 2023, wordt het beroep van [belanghebbende] tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van 16 februari 2023 betreffende de WOZ-beschikking van een pand te [plaats 2] behandeld. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat mr. D.A.N. Bartels, de gemachtigde van [belanghebbende], geen recent uittreksel uit het handelsregister heeft ingediend. Dit uittreksel is noodzakelijk om te kunnen vaststellen of de afgegeven machtiging is verleend door de (uiteindelijk) bevoegd bestuurder.
De rechtbank legt uit dat wanneer iemand namens een ander beroep instelt, hij op verzoek van de rechtbank een machtiging moet overleggen. In dit geval heeft mr. D.A.N. Bartels geen recente documenten overgelegd, ondanks herhaalde verzoeken van de griffier om dit te doen. Hierdoor kan de rechtbank niet beoordelen of de gemachtigde daadwerkelijk bevoegd is om het beroep in te stellen. De rechtbank concludeert dat het ontbreken van het uittreksel niet verontschuldigbaar is, aangezien er geen reden is gegeven voor het verzuim.
Als gevolg hiervan verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk en blijft het bestreden besluit in stand. Daarnaast wijst de rechtbank het verzoek om immateriële schadevergoeding af, omdat niet is vastgesteld dat [belanghebbende] daadwerkelijk beroep wenste in te stellen. De rechtbank concludeert dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.