ECLI:NL:RBZWB:2023:8562

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
6 december 2023
Publicatiedatum
7 december 2023
Zaaknummer
C/02/415265 FA RK 23-493
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • mr. Van Leuven
  • mr. De Wit
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging geslacht en voornaamswijziging in de registers van de burgerlijke stand

Op 6 december 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beschikking gegeven in een zaak betreffende de wijziging van geslacht en voornaam van verzoeker, die zich identificeert als non-binair. Verzoeker, geboren in 1996 in de gemeente Moerdijk, heeft een verzoek ingediend om zijn geslacht in de geboorteakte te wijzigen naar 'X' en zijn voornaam te wijzigen naar '[Naam]'. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoeker de Nederlandse nationaliteit heeft en dat de rechtbank bevoegd is om het verzoek te behandelen. De rechtbank overweegt dat er momenteel geen wettelijke basis is voor non-binaire geslachtsregistratie, maar dat er een maatschappelijke en juridische trend is naar erkenning van een neutrale geslachtelijke identiteit. De rechtbank wijst het verzoek tot wijziging van het geslacht toe, omdat het individuele belang van verzoeker zwaarder weegt dan het algemene belang bij handhaving van de huidige wetgeving. Daarnaast wordt het verzoek tot voornaamswijziging toegewezen, omdat verzoeker al geruime tijd de naam '[Naam]' gebruikt en zich hiermee identificeert. De rechtbank gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Moerdijk om de wijzigingen aan te brengen in de geboorteakte.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Team Familie- en Jeugdrecht
Breda
Zaaknummer: C/02/415265 FA RK 23-4993
6 december 2023
beschikking betreffende de registers van de burgerlijke stand
op het verzoek van
[verzoeker] ,
wonende te [woonadres] ,
hierna te noemen verzoeker,
advocaat mr. C. Simmelink.

1.Het procesverloop

1.1.
Dit blijkt uit de volgende stukken:
- het op 25 oktober 2023 ontvangen verzoekschrift met bijlagen;
- de akte met [nummer] van het jaar 1996 van het register van geboorten van de burgerlijke stand van de gemeente Moerdijk ;
- de op 15 november 2023 ontvangen instemmingsverklaring van de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Moerdijk .
1.2.
Als belanghebbende in deze zaak is aangemerkt: de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Moerdijk .

2.De feiten

2.1.
In voormelde geboorteakte is opgenomen dat op [geboortedag] 1996 in de gemeente Moerdijk (destijds Fijnaart en Heijningen ) is geboren [verzoeker] , van het mannelijke geslacht.
2.2.
Verzoeker heeft de Nederlandse nationaliteit.

3.Het verzoek

Verzoeker verzoekt, samengevat, uitvoerbaar bij voorraad:
- de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Moerdijk te gelasten om aan de geboorteakte van verzoeker een latere vermelding toe te voegen van wijziging van het geslacht, in die zin dat het geslacht ‘X’ zal zijn;
- de voornaam van verzoeker te wijzigen in ‘ [Naam] ’.

4.De beoordeling

Bevoegdheid en toepasselijk recht
4.1.
Nu verzoeker in Nederland woont, heeft de Nederlandse rechter op grond van artikel 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) rechtsmacht om kennis te nemen van het verzoek tot wijziging van het geslacht van verzoeker en het verzoek tot wijziging van de voornaam van verzoeker.
4.2.
De rechtbank Zeeland-West-Brabant is ten aanzien van het verzoek tot wijziging van het geslacht van verzoeker relatief bevoegd, nu dit verzoek ziet op wijziging van een akte welke is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand binnen haar rechtsgebied.
4.3.
De rechtbank Zeeland-West-Brabant is ten aanzien van het verzoek tot wijziging van de voornaam van verzoeker relatief bevoegd, nu de woonplaats van verzoeker binnen haar rechtsgebied is gelegen.
4.4.
Op het verzoek tot wijziging van het geslacht van verzoeker en het verzoek tot wijziging van de voornaam van verzoeker is Nederlands recht van toepassing, omdat verzoeker de Nederlandse nationaliteit heeft.
Wijziging geslacht op de geboorteakte
4.5.
Verzoeker legt het volgende ten grondslag aan hun verzoek tot wijziging van hun geslacht in ‘X’. Sinds 2013 identificeert verzoeker zich niet als man. In 2020 heeft verzoeker bij familie en vrienden aangegeven zich als non-binair te identificeren. Verzoeker is in behandeling bij het Kennis- en Zorgcentrum voor Genderdysforie van het AUMC. Verzoeker heeft inmiddels zes gesprekken gehad met de aan dit centrum verbonden psycholoog over hun gevoelens en de wens om een X-status op hun paspoort te verwerven.
4.6.
Uit de overgelegde instemmingsverklaring blijkt dat de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Moerdijk geen bezwaar heeft tegen toewijzing van het verzoek tot wijziging van het geslacht van verzoeker in ‘X’.
4.7.
De rechtbank overweegt ter zake het verzoek tot wijziging van het geslacht van verzoeker in ‘X’ op hun geboorteakte als volgt.
4.7.1.
De wet biedt op dit moment (nog) geen mogelijkheid om het verzoek van verzoeker toe te wijzen. Er bestaat (nog) geen wettelijke bepaling die het voor non-binaire personen mogelijk maakt zich als genderneutraal te registreren.
4.7.2.
Voor transgenders is het wel mogelijk om de geslachtsaanduiding op grond van de artikelen 1:28 tot en met 1:28c van het Burgerlijk Wetboek (BW) te verbeteren, maar daarbij kan alleen worden gekozen voor ‘vrouwelijk’ of ‘mannelijk’ en niet voor een genderneutrale optie. De rechtbank is van oordeel dat, doordat in de artikelen 1:28 tot en met 1:28c BW niet wordt voorzien in de mogelijkheid om te kiezen voor een non-binaire geslachtsaanduiding, daarmee een ongerechtvaardigd onderscheid wordt gemaakt tussen personen die de overtuiging hebben tot het andere geslacht te behoren en personen die de overtuiging hebben buiten de exclusief mannelijke of vrouwelijke geslachtsaanduiding te vallen (non-binair).
4.7.3.
Het is in beginsel aan de wetgever om voor geslachtsneutrale registratie in de geboorteakte een voorziening te treffen. De politieke wil tot het treffen van een dergelijke voorziening lijkt wel aanwezig, maar het is er nog niet van gekomen vanwege medische en juridische implicaties van een dergelijke regeling, de wenselijkheid de ontwikkelingen in de rechtspraak af te wachten en de complexiteit van een dergelijke regeling in verband met annexe vraagstukken. Dat betekent dat het nog steeds onduidelijk is hoe het wetgevingsproces (verder) zal verlopen en hoe lang het zal duren voordat er een wet op dit gebied in werking treedt. Van verzoeker kan niet worden verwacht dat verzoeker wacht op het wetgevingsproces. Vast staat dat er inmiddels (te) lang wordt gewacht op een passende registratie voor non-binaire personen.
4.7.4.
Er is inmiddels sprake van een maatschappelijke erkenning en (een trend naar) juridische erkenning van een neutrale geslachtelijke identiteit. In de Nederlandse samenleving wordt steeds meer gekozen voor genderneutraliteit.
4.7.5.
Verder valt in de niet al te verre toekomst wetgeving te verwachten waarbij een genderneutrale omschrijving van het geslacht in de geboorteakte in de vorm van een ‘X’ mogelijk wordt gemaakt en waarbij aansluiting wordt gezocht bij de systematiek van de artikelen 1:28 tot en met 1:28c BW. De rechtbank acht het daarom aangewezen reeds nu op die wetgeving te anticiperen. Hierdoor wordt ook uitvoering gegeven aan de uit artikel 8 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) voortvloeiende positieve verplichting de geslachtsaanduiding in de geboorteakte aan te passen aan het (neutrale) geslacht waartoe iemand volgens diens vaste overtuiging behoort.
4.7.6.
Bovendien blijkt uit de jurisprudentie dat meerdere rechtbanken, net zoals laatstelijk het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden in haar uitspraak van 15 september 2022 (ECLI:NL:GHARL:2022:8003), het wetgevingsproces niet afwachten en op verzoeken een beslissing nemen die aansluit bij voornoemde tendens in het wetgevingsproces. Inmiddels hebben meerdere rechtbanken en het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uitspraken gewezen waarin de artikelen 1:28 tot en met 1:28c BW naar analogie zijn toegepast en waarbij de verzoeken tot het aanduiden van het geslacht in de geboorteakte met ‘X’ zijn toegewezen.
4.7.7.
Omdat inmiddels sprake is van een (trend naar) juridische erkenning van een neutraal geslachtelijke identiteit weegt nu – naar het oordeel van de rechtbank – het individuele belang van non-binaire personen bij een correcte registratie in de geboorteakte zwaarder dan het algemene belang bij handhaving van de huidige wettelijke regeling of het afwachten van de ontwikkelingen in de wetgeving.
4.7.8.
Gelet op voornoemde ontwikkelingen in de maatschappij, de wetgeving en de rechtspraak en het op dit moment in de wet bestaande ongerechtvaardigde onderscheid tussen non-binaire personen en transgenders, is de rechtbank van oordeel dat het verzoek van verzoeker om hun geslacht te wijzigen in ‘X’ kan worden toegewezen. Daarbij past de rechtbank de artikelen 1:28 tot en met 1:28c BW analoog toe, met dien verstande dat de rechtbank in tegenstelling tot de huidige wet (artikel 1:28a BW) geen deskundigenverklaring nodig acht. Op grond van artikel 1:28a BW is een verklaring van een deskundige vereist waaruit blijkt dat bij de betreffende persoon de duurzame overtuiging bestaat tot het andere geslacht te behoren. De artikelen 1:28 tot en met 1:28c BW zien op een procedure die bij de ambtenaar van de burgerlijke stand wordt gevolgd. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de rechtbank, in tegenstelling tot de ambtenaar van de burgerlijke stand bij een aangifte als bedoeld in artikel 1:28 BW, voldoende ruimte om te toetsen of er bij de betreffende persoon sprake is van voornoemde overtuiging en kan de rechtbank die overtuiging ook op een andere wijze dan met een deskundigenverklaring vaststellen, te weten aan de hand van het verzoekschrift en de overgelegde stukken. De rechtbank is van oordeel dat verzoeker met de toelichting in het verzoekschrift alsmede met de overgelegde verklaring van [medisch psycholoog] van het Kennis- en Zorgcentrum voor Genderdysforie van het AUMC d.d. 19 september 2023 voldoende heeft onderbouwd dat verzoeker de duurzame overtuiging heeft een genderneutrale persoon te zijn en dat de vermelding van het mannelijke geslacht op hun geboorteakte niet met deze overtuiging in overeenstemming is.
Voornaamswijziging
4.8.
Verzoeker verzoekt hun voornaam te wijzigen, in die zin dat deze voortaan luidt ‘ [Naam] ’, en legt aan dit verzoek het volgende ten grondslag. De naam ‘ [Naam] ’ is ontstaan tijdens hun carrière als artiest. Deze naam wordt door verzoeker en hun directe omgeving al sinds 2013 gebruikt in het dagelijks leven. Verzoeker voelt zich comfortabel bij deze naam en identificeert zich hiermee. Verzoeker wil daarnaast de letter ‘ [letter] ’ als tweede naam gebruiken, omdat hun huidige voornaam met deze letter begint. Op deze manier behoudt verzoeker toch nog een deel van hun huidige voornaam en neemt verzoeker niet volledig afscheid van de voornaam die hun ouders aan hen hebben gegeven.
4.9.
Volgens de ingebrachte instemmingsverklaring heeft de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Moerdijk geen bezwaar tegen toewijzing van het verzoek tot voornaamswijziging.
4.10.
Op grond van artikel 1:4 lid 4 BW kan de rechter wijziging van de voornamen gelasten op verzoek van de betrokken persoon of zijn wettelijk vertegenwoordiger. De gevraagde voornamen mogen volgens artikel 1:4 lid 2 BW niet ongepast zijn of overeenstemmen met bestaande geslachtsnamen, tenzij deze tevens gebruikelijke voornamen zijn.
4.11.
Naar het oordeel van de rechtbank zijn voornamen voor een betrokkene een middel om zich binnen zijn, haar of hun familie en in het maatschappelijk verkeer te identificeren. In die zin zijn voornamen een middel van persoonlijke en emotionele identificatie en hebben daarmee betrekking op een ieders privéleven en familie- en gezinsleven. Ondanks het gebruik van andere middelen van identificatie van personen spelen voornamen ook een belangrijke rol in het maatschappelijk verkeer met betrekking tot de identiteit van personen. Het rechtsverkeer heeft dan ook belang bij een zo hoog mogelijke mate van consistentie in de registratie van persoonsgegevens in het bevolkingsregister. Voor een wijziging van één of meerdere voornamen dient daarom een voldoende zwaarwichtig belang te bestaan.
De rechtbank is van oordeel dat met de aangevoerde gronden, tegenover het publieke belang bij naamsconsistentie, een voldoende zwaarwichtig belang bestaat om te komen tot de verzochte wijziging van de voornaam van verzoeker. Daartoe wordt overwogen dat verzoeker voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat verzoeker al geruime tijd de voornaam ‘ [Naam] ’ gebruikt en zich met die naam identificeert. Nu voorts naar het oordeel van de rechtbank het verzochte niet in strijd is met de in artikel 1:4 lid 2 BW geformuleerde maatstaven, zal het verzoek tot voornaamswijziging worden toegewezen.

5.De beslissing

De rechtbank
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Moerdijk om aan de akte, ingeschreven in het onder hem berustende register van geboorten van het jaar 1996 met [nummer] , een latere vermelding toe te voegen van de wijziging van:
- de voornaam van betrokkene in: ‘ [Naam] ’;
- het geslacht van betrokkene, in die zin dat het geslacht zal zijn: ‘X’.
Deze beschikking is gegeven door mr. Van Leuven, en in tegenwoordigheid van mr. De Wit, griffier, in het openbaar uitgesproken op 6 december 2023.
Mededeling van de griffier:
Indien hoger beroep tegen deze beschikking mogelijk is, kan dat worden ingesteld:
  • door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
  • door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het
gerechtshof ’s-Hertogenbosch