ECLI:NL:RBZWB:2023:7254

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
13 oktober 2023
Publicatiedatum
18 oktober 2023
Zaaknummer
AWB- 23_2336
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de afwijzing van een Wajong-uitkering door het UWV

In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 13 oktober 2023, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een Wajong-uitkering beoordeeld. Eiseres, geboren op 15 augustus 1999, had op 18 mei 2017 een aanvraag ingediend bij het UWV, die op 31 mei 2022 werd afgewezen. Het UWV handhaafde deze afwijzing na het indienen van bezwaar door eiseres. De rechtbank heeft het beroep op 4 oktober 2023 behandeld, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren.

De rechtbank concludeert dat het UWV terecht heeft vastgesteld dat eiseres over arbeidsvermogen beschikt. De verzekeringsartsen hebben vastgesteld dat eiseres in staat is om 1 uur aaneengesloten te werken en 4 uur per dag belastbaar is, mits er sprake is van passende begeleiding. Eiseres heeft in het verleden gewerkt, maar ondervond problemen door hoge werkdruk en tempo. De rechtbank oordeelt dat de arbeidsdeskundigen voldoende hebben aangetoond dat eiseres over basale werknemersvaardigheden beschikt en in staat is om een eenvoudige taak, zoals inpakken, uit te voeren. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de afwijzing van de Wajong-uitkering door het UWV terecht was.

De uitspraak benadrukt het belang van adequate begeleiding in de werkomgeving voor eiseres, die door haar beperkingen extra ondersteuning nodig heeft. De rechtbank wijst erop dat de beoordeling van arbeidsvermogen niet alleen gebaseerd is op medische gegevens, maar ook op de praktische mogelijkheden van eiseres in een werksituatie. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats: Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 23/2336 WAJONG

uitspraak van 13 oktober 2023 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiseres], te [plaats], eiseres,

gemachtigde: mr. R.S. Vriend,
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen(UWV; kantoor Rotterdam), verweerder,
gemachtigde: drs. S. Barto.

Inleiding

1.1.
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag om een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheids-voorziening jonggehandicapten (Wajong).
1.2.
Het UWV heeft de aanvraag met het besluit van 31 mei 2022 afgewezen. Met het bestreden besluit van 1 maart 2023 op het bezwaar van eiseres is het UWV bij de afwijzing van de aanvraag gebleven.
1.3.
Het UWV heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
1.4.
De rechtbank heeft het beroep op 4 oktober 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiseres, de echtgenoot van eiseres, [naam], en de gemachtigde van het UWV.

Totstandkoming van het besluit

2.1.
Eiseres, geboren op 15 augustus 1999, heeft op 18 mei 2017 een Aanvraag Beoordeling arbeidsvermogen bij het UWV ingediend.
Met het besluit van 19 mei 2017 heeft het UWV aan eiseres een Indicatie banenafspraak toegekend, omdat zij voortgezet speciaal onderwijs volgt of heeft gevolgd.
2.2.
Op 15 november 2021 heeft eiseres bij het UWV weer een Aanvraag Beoordeling arbeidsvermogen ingediend.
2.3.
Met het besluit van 31 mei 2022 heeft het UWV geweigerd om aan eiseres een Wajonguitkering toe te kennen.
2.4.
Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit.
2.5.
Met het bestreden besluit is het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard.

Beoordeling door de rechtbank

3. De rechtbank beoordeelt of het UWV terecht heeft geweigerd aan eiseres een Wajong-uitkering toe te kennen. Zij doet dat onder meer aan de hand van de beroepsgronden van eiseres.
3.2.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Wettelijk kader
4. De voor de beoordeling van het beroep belangrijke wet- en regelgeving is te vinden in de bijlage bij deze uitspraak.
Medisch onderzoek
5. Aan het bestreden besluit ligt een onderzoek door een verzekeringsarts en een verzekeringsarts bezwaar en beroep (b&b) ten grondslag.
5.1.
De verzekeringsarts heeft eiseres gezien, haar psychisch onderzocht en dossieronderzoek verricht. Hij heeft gerapporteerd dat eiseres licht verstandelijk beperkt is en dat er bij haar ASS is vastgesteld. Tot haar 18e jaar heeft eiseres bij [zorginstelling] gewoond en zij woont nu begeleid in een appartement. Eiseres heeft door de ASS problemen met sociale interacties en is weinig weerbaar waardoor er gemakkelijk miscommunicatie ontstaat. De begeleiders helpen eiseres met het aanhouden van een goede dagstructuur, stabiliteit en balans tussen inspanning en ontspanning. Verder heeft eiseres hulp nodig bij de administratie en de boodschappen. Eiseres is in december 2021 getrouwd. Haar echtgenoot heeft een deel van de huishoudelijke en begeleidende taken overgenomen. Op fysiek vlak is er sprake van diabetes type II, overgewicht, rugklachten en astma. De ZMLK-school was in 2017 positief over de uitstroommogelijkheden van eiseres in arbeid, omdat zij gemotiveerd was en praktisch ingesteld. Tussen 2017 en 2020 heeft eiseres gewerkt als medewerker in een bar en afwasser in een restaurant. De knelpunten waren de werkdruk en het werktempo waardoor eiseres met stressgerelateerde klachten arbeidsongeschikt werd. Eiseres is niet gemotiveerd voor deelname aan dagbesteding of (beschutte) arbeid. Volgens de verzekeringsarts is er bij eiseres sprake van beperkingen en achterstand op meerdere niveaus van het persoonlijk en sociaal functioneren. Hierdoor is eiseres aangewezen op voorzieningen en extra begeleiding. De verzekeringsarts stelt dat eiseres wel kan voldoen aan het criterium ‘een uur aaneengesloten werken’. De extra begeleidingsbehoefte is niet zodanig dat een substantiële onderbreking van de werktijd voor zal komen. Eiseres kan met een extern ondersteunende indeling van de dagstructuur tenslotte ook zelfstandig in de thuissituatie bezig zijn. Eiseres is verder 4 uur per dag belastbaar. Er zijn geen energetische beperkingen en er is geen verminderde beschikbaarheid aan de orde die 4 uur werken per dag verhinderen.
5.2.
De verzekeringsarts b&b heeft dossieronderzoek verricht. De verzekeringsarts b&b heeft eiseres niet persoonlijk gezien omdat zij niet is verschenen op de hoorzitting. Verder heeft de verzekeringsarts b&b informatie van [huisarts] van 31 oktober 2022 in zijn onderzoek betrokken. De verzekeringsarts b&b rapporteert dat niet is gebleken dat de primaire verzekeringsarts een onjuist of onvolledig beeld had van de situatie van eiseres. Volgens de verzekeringsarts b&b is verder niet gebleken dat op het 18e jaar van eiseres of op het moment van onderzoek er sprake was van volledige afwezigheid van arbeidsvermogen op medische gronden. Eiseres was niet bedlegerig, niet ADL-afhankelijk, niet opgenomen in een instelling, niet terminaal en er was geen sprake van onvermogen tot persoonlijk en sociaal functioneren vanwege een ernstige psychiatrische aandoening. De problematiek van eiseres geeft belangrijke beperkingen in het functioneren op onder meer de gebieden: leren en toepassen van kennis, algemene taken en eisen, communicatie, tussenmenselijke interacties en relaties (samenwerken). Eiseres is daardoor aangewezen op het gebruik van voorzieningen en extra begeleiding voor wat betreft persoonlijk, sociaal en professioneel functioneren. De verzekeringsarts b&b acht eiseres, net als de primaire verzekeringsarts, in staat om 4 uur per dag belastbaar te zijn en 1 uur onafgebroken te werken, onder passende omstandigheden. Er is bij eiseres namelijk geen sprake van een aandoening die gepaard gaat met dermate ernstige cognitieve stoornissen dat zij zich niet
1. uur achtereen zou kunnen concentreren of dermate frequent moet worden bijgestuurd dat de continuïteit van de activiteit in geding komt. Daarnaast is eiseres zelfstandig in het uitvoeren van bepaalde dagelijkse routinehandelingen en blijkt uit de stukken niet dat sprake is van ernstige geheugenstoornissen, ernstig onbedwingbaar gedrag of ernstige problemen bij het richten en vasthouden van de aandacht. De huisarts bevestigt in de brief van
31 oktober 2022 dat de concentratie in ieder geval een uur vast te houden is en ook de Mytylschool geeft aan dat eiseres voldoende geconcentreerd en zelfstandig kan werken als de taak voor eiseres bekend is. Of eiseres hiermee dan ‘normale werkzaamheden’ of werkzaamheden in een speciale context, zoals op een ‘sociale werkplaats’ kan verrichten, is afhankelijk van meerdere factoren en bovendien ter beoordeling van de arbeidsdeskundige.
Arbeidskundig onderzoek
6. Ook een arbeidsdeskundige en een arbeidsdeskundige b&b hebben onderzoek gedaan.
6.1.
De arbeidsdeskundige heeft gerapporteerd dat eiseres over basale werknemersvaardigheden beschikt als sprake is van passende werkzaamheden volgens de voorwaarden zoals beschreven bij de analyse arbeidsvermogen. Essentieel hierbij is dat een adequate werkbegeleiding steeds aanwezig is. Als aan de voorwaarden wordt voldaan kan eiseres in staat worden geacht om instructies te begrijpen, te onthouden en uit te voeren. Ook kan zij in staat worden geacht basale afspraken met een werkgever na te komen. Eiseres blijkt in de thuissituatie in staat om zelfstandig haar huishouding te doen en zelfstandig maaltijden te koken volgens een vooraf vastgestelde weekplanning en weekmenu. Met deze structuur en aansturing aangeboden door haar begeleider is eiseres in staat om begeleid zelfstandig te functioneren. Zij kan op deze manier instructies begrijpen en uitvoeren en afspraken nakomen. Eiseres heeft in het verleden ook in twee periodes arbeid verricht. Dit verliep uiteindelijk niet goed omdat het werk niet volledig passend was (door hoge werkdruk en -tempo). Als het werk wel aan alle voorwaarden voldoet zal eiseres in voldoende mate over basale werknemersvaardigheden beschikken. Verder stelt de arbeidsdeskundige dat eiseres in staat moet worden geacht om de taak ‘Inpakken’ (2201) uit te voeren. In deze taak is sprake van bekende, terugkerende werkzaamheden in een voorspelbare werkomgeving. Er is geen hoge werkdruk of een hoog handelingstempo. Er is beperkte samenwerking: er wordt gewerkt met een eigen van tevoren, afgebakende deeltaak. Er wordt gewerkt in een vast, vertrouwd team aan een werktafel. Er zijn geen rechtstreekse contacten met klanten, patiënten, bewoners of mensen in de publieke ruimte. Er is steeds een leidinggevende op de werkvloer aanwezig waarop kan worden teruggevallen en die adequate werkbegeleiding kan geven. De arbeidsdeskundige concludeert dat, nu de verzekeringsarts heeft vastgesteld dat eiseres 1 uur aaneengesloten kan werken en zij ten minste 4 uur belastbaar is, zij arbeidsvermogen heeft.
6.2.
Ook de arbeidsdeskundige b&b concludeert dat eiseres arbeidsvermogen heeft. Ook volgens de arbeidsdeskundige b&b beschikt eiseres over basale werknemersvaardigheden. Verwacht kan worden dat eiseres in staat is om instructies te begrijpen, onthouden en uit te voeren en afspraken na te komen. Eiseres is in staat gebleken om onderwijs te volgen en een goed ingerichte stage met adequate begeleiding mondde uit in een baan. Verder kan eiseres een huishouden runnen op basis van een weekplanning. De begeleider komt twee keer per week, waarna eiseres zelf de huishouding verricht en maaltijden volgens het rooster klaar maakt. Het is gezien de voorwaarden en beperkingen noodzakelijk dat er in een werkomgeving sprake is van adequate begeleiding om te voorkomen dat er te veel druk en een te hoog handelingstempo gevergd wordt. Daarnaast is eiseres ook volgens de arbeidsdeskundige b&b in staat om de taak Inpakken (2201) uit te voeren. Het betreft het in-, uit- en om- en verpakken van goederen en producten in dozen. Deze arbeid is eenvoudig van aard en heeft een logische opbouw. Het zijn enkelvoudige taken, uitgevoerd aan de hand van vaste werkwijzen en waarbij geen beroep wordt gedaan op zelfstandig ondernemen. Met een korte instructie en herhaling kan de taak aangeleerd worden. Alles overziend betreft het vrij individualistisch uit te voeren werkzaamheden zonder veelvuldige taakwisselingen en zonder tempodruk. Directe interactie met collega’s in een samenwerkingsverband maakt geen onderdeel uit van het functioneren. Er is beslist geen sprake van eisen aan sociale interactie om de eenvoudige taak uit te kunnen oefenen. De taak kan worden aangemerkt als terugkerende werkzaamheden waarbij er tevens sprake is van een voorspelbare werkomgeving. Er is steeds een leidinggevende op de werkvloer aanwezig op wie eiseres kan terugvallen en die adequate werkbegeleiding kan geven.
Standpunt eiseres
7. Eiseres heeft gesteld dat zij alles moeilijk en ingewikkeld vindt en daarvoor angst heeft. Eiseres krijgt intensieve ondersteuning. Zij vindt het lastig als haar begeleidster er niet is en accepteert dan geen of heel moeilijk iemand anders.
Het is juist dat eiseres een arbeidsverleden heeft. Dit arbeidsverleden is maar kort en ingewikkeld omdat dat eiseres veel schade heeft gebracht. Zelfs dagbesteding bleek al snel te veel.
Oordeel van de rechtbank
8.1.
Omdat eiseres haar aanvraag beoordeling arbeidsvermogen na 1 januari 2015 heeft ingediend is de Wajong zoals die geldt na 1 januari 2015 van toepassing.
8.2.
De rechtbank stelt vast dat de te beoordelen datum in dit geding de 18e verjaardag van eiseres is, 15 augustus 2017.
Omdat eiseres haar aanvraag voor een Wajong-uitkering geruime tijd na haar
18e verjaardag heeft ingediend, moet het UWV ook onderzoeken of eiseres binnen (de reeds verstreken periode van) vijf jaar na haar 18e verjaardag alsnog jonggehandicapte is geworden. [1] De periode in geding betreft daarom de periode van 15 augustus 2017 tot
15 augustus 2022.
8.3.
Recht op een Wajong-uitkering ontstaat pas indien de betrokkene duurzaam geen mogelijkheden tot arbeidsparticipatie (arbeidsvermogen) heeft.
Het UWV moet daarom eerst beoordelen of eiseres voldoet aan tenminste een van de volgende voorwaarden:
- eiseres kan niet een uur aangesloten werken
- eiseres is niet tenminste vier uur per dag belastbaar (dan wel twee uur per dag belastbaar en in staat het minimumloon te verdienen)
- eiseres beschikt niet over basale werknemersvaardigheden
- eiseres kan geen taak uitvoeren in een arbeidsorganisatie
Wordt aan tenminste een van de hiervoor genoemde voorwaarden voldaan dan ontbreekt arbeidsvermogen. Vervolgens moet het UWV dan beoordelen of deze situatie duurzaam is.
8.4.
Bij de beoordeling maakt het UWV gebruik van de Sociaal Medische Beoordeling Arbeidsvermogen (SMBA)-systematiek. Bij deze beoordeling staat de ‘International Classification of Functioning, Disability and Health’ centraal. Voor het toepassen van de SMBA-systematiek heeft het UWV het ‘Compendium Participatiewet’ (Compendium) vastgesteld.
8.5. 1
1 uur aaneengesloten werken en 4 uur per dag belastbaar
In het Compendium is over het aspect van een uur werken beschreven dat dit aspect ziet op het zelfstandig functioneren van de betrokkene in relatie tot de continuïteit van het productieproces. Daarbij gaat het er uitsluitend om dat niet vaker dan een keer per uur een substantiële onderbreking van het productieproces noodzakelijk is om de betrokkene bij te sturen als gevolg van beperkingen in aandacht, geheugen of stemming. De noodzaak om iemand bij te sturen is er als hij zelf niet kan onderkennen dat hij op enig moment niet adequaat functioneert en/of zichzelf daarin niet kan corrigeren. Onderbreking van het werk (voor bijvoorbeeld toiletgang, of om zich te vertreden) kán weliswaar tot een substantiële onderbreking van het productieproces leiden maar heeft geen relatie met de noodzaak om betrokkene bij te sturen en is daarom geen aspect dat bij de beoordeling moet worden betrokken.
In het Compendium is over de voorwaarde van vier uur per dag werken vermeld dat het gaat om de vraag of betrokkene gedurende vier uur per dag benutbare mogelijkheden heeft. Dat hoeft niet aaneengesloten te zijn. Bij deze beoordeling maakt de verzekeringsarts gebruik van de standaard ‘Duurbelastbaarheid in Arbeid’. De verzekeringsarts moet beoordelen of binnen de 24-uurscyclus een zodanige recuperatie mogelijk is dat betrokkene in totaal vier uur belastbaar is. De belangrijkste meetinstrumenten voor de beoordeling van de recuperatienoodzaak zijn het dagverhaal, de inhoud en constellatie van de medische gegevens en de perceptie en cognitie van het eigen onvermogen van cliënt.
8.6.
De verzekeringsartsen vinden eiseres in staat om 1 uur aaneengesloten te werken en om 4 uur per dag belastbaar te zijn, als zij werkt in een functie die geschikt is voor haar. Eiseres heeft volgens de verzekeringsartsen extra begeleiding nodig maar niet zoveel dat zij daardoor het werk substantieel moet onderbreken. Eiseres kan met een planning namelijk ook zelfstandig thuis bezig zijn. Er is ook niet gebleken dat eiseres zich niet een uur kan concentreren. Er zijn verder bij eiseres geen beperkingen in de energie aanwezig en zij is niet minder beschikbaar waardoor zij geen 4 uur per dag zou kunnen werken.
8.7.
De rechtbank is van oordeel dat door de verzekeringsartsen voldoende is onderbouwd dat eiseres in de periode in geding 1 uur aaneengesloten kon werken. Dat eiseres 1 uur aaneengesloten kan werken zou ook kunnen worden afgeleid uit de informatie van de huisarts van 31 oktober 2022. Die geeft aan:
‘Zij heeft hierdoor een beperkte aandachtsspanne, waarbij concentratie
na1 uur reeds dusdanig afzwakt dat normale werkzaamheden, dan wel op een sociale werkplaats, niet uitvoerbaar zijn.’
Verder vindt de rechtbank voldoende aannemelijk dat eiseres 4 uur per dag belastbaar is. Daarbij vindt de rechtbank van belang dat eiseres in de periode in geding van maart 2017 tot en met februari 2019 heeft gewerkt bij [bedrijf] gedurende 25 uur per week en van november 2019 tot en met juni 2020 bij [café] voor 5 uur per dag en 32 uur per week. Dit werk bleek te zwaar/niet passend voor eiseres, maar de verzekeringsartsen hebben naar het oordeel van de rechtbank kunnen stellen dat eiseres wel 4 uur per dag werkzaam zou kunnen zijn in werk waarbij rekening wordt gehouden met haar beperkingen en dat wel passend is. Dat eiseres halve dagen dagbesteding niet volhield, maakt dit niet anders, nu ter zitting is gebleken dat eiseres heeft deelgenomen aan dagbesteding tot wel 5 uur
aaneengeslotenper dag. Voor de Wajong-beoordeling gaat het om 4 uur belastbaarheid verdeeld over de dag, dus niet aaneengesloten.
8.8.
werknemersvaardigheden
Uit het Compendium volgt dat basale werknemersvaardigheden vaardigheden zijn die onmisbaar en essentieel zijn. Het gaat dan om het begrijpen, onthouden en uitvoeren van instructies en het nakomen van afspraken met de werkgever. Essentieel is of het ontbreken van deze vaardigheden voorkomt uit ziekte of gebrek.
8.9.
De arbeidsdeskundigen hebben gesteld dat eiseres over basale werknemersvaardigheden beschikt. Eiseres is in staat instructies van een werkgever te begrijpen, onthouden en uit te voeren en is in staat gemaakte afspraken met de werkgever na te komen. Het is wel noodzakelijk dat er goede werkbegeleiding aanwezig is. Eiseres heeft onderwijs kunnen volgen, en een stage met goede begeleiding heeft geleid tot een baan. Verder kan eiseres met een weekplanning het huishouden doen. Eiseres heeft in het verleden ook in twee periodes arbeid verricht. Dit verliep uiteindelijk niet goed omdat het werk niet volledig passend was door een te hoge werkdruk en werktempo. Als het werk wel aan alle voorwaarden voldoet zal eiseres in voldoende mate over basale werknemersvaardigheden beschikken.
8.10.
Naar het oordeel van de rechtbank hebben de arbeidsdeskundigen hiermee voldoende onderbouwd dat eiseres over basale werknemersvaardigheden beschikt. Eiseres heeft dat ook niet betwist.
8.11.
taak verrichten
Op grond van het Compendium vindt de beoordeling of iemand een taak kan uitvoeren op taakniveau plaats. Een taak is de kleinste eenheid van een functie en bestaat uit één of meerdere handelingen. Met behulp van de ‘taakeisen’ en de eisen die voortvloeien uit de ‘fysieke en sociale werkomgeving’ bepaalt de arbeidsdeskundige of de taak aansluit bij de krachten en bekwaamheden van de klant.
8.12.
De arbeidsdeskundigen hebben gesteld dat eiseres een taak kan uitvoeren, zoals de taak Inpakken (2201). Het betreft het in-, uit- en om- en verpakken van goederen en producten in dozen. Het gaat om eenvoudige, bekende, terugkerende werkzaamheden in een voorspelbare werkomgeving. Met een korte instructie en herhaling kan de taak aangeleerd worden. Er is geen hoge werkdruk of een hoog handelingstempo. Er is beperkte samenwerking: er wordt gewerkt met een eigen van tevoren, afgebakende deeltaak. Er wordt gewerkt in een vast, vertrouwd team aan een werktafel. Er zijn geen rechtstreekse contacten met klanten, patiënten, bewoners of mensen in de publieke ruimte. Er is steeds een leidinggevende op de werkvloer aanwezig waarop kan worden teruggevallen en die adequate werkbegeleiding kan geven.
8.13.
Naar het oordeel van de rechtbank hebben de arbeidsdeskundigen afdoende gemotiveerd dat eiseres de taak Inpakken zou moeten kunnen verrichten. Eiseres heeft dat ook niet betwist.

Conclusie en gevolgen

Naar het oordeel van de rechtbank heeft het UWV mogen concluderen dat eiseres arbeidsvermogen heeft. Het UWV heeft voldoende onderbouwd dat eiseres over de periode in geding 1 uur aangesloten kon werken, 4 uur per dag belastbaar was, over basale werknemersvaardigheden beschikte en een taak in een arbeidsorganisatie kon uitvoeren.
Het beroep is daarom ongegrond. Dat betekent dat het UWV terecht heeft geweigerd een Wajonguitkering toe te kennen.
Omdat het beroep ongegrond wordt verklaard krijgt eiseres geen proceskostenvergoeding Ook krijgt eiseres het griffierecht niet vergoed.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. V.M. Schotanus, rechter, in aanwezigheid van
mr. H.D. Sebel, griffier, op 13 oktober 2023 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met de uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.

Bijlage: Wettelijk kader

Wajong
Artikel 1a:1, eerste lid
Jonggehandicapte in de zin van dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen is de ingezetene die:
a. op de dag waarop hij achttien jaar wordt als rechtstreeks en objectief medisch vast te stellen gevolg van ziekte, gebrek, zwangerschap of bevalling duurzaam geen mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft;
b.na de in onderdeel a bedoelde dag als rechtstreeks en objectief medisch vast te stellen gevolg van ziekte, gebrek, zwangerschap of bevalling duurzaam geen mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft en in het jaar, onmiddellijk voorafgaand aan de dag waarop dit is ingetreden, gedurende ten minste zes maanden studerende was.
Artikel 1a:1, tweede lid
De ingezetene die op de dag, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, beperkingen ondervindt als gevolg van ziekte, gebrek, zwangerschap of bevalling, maar op grond van het eerste lid niet aangemerkt wordt als jonggehandicapte, wordt alsnog jonggehandicapte in de zin van dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen, indien hij binnen vijf jaar na die dag duurzaam geen mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft, indien dit voortkomt uit dezelfde oorzaak als die op grond waarvan hij beperkingen als gevolg van ziekte, gebrek, zwangerschap of bevalling ondervond, op de dag, bedoeld in onderdeel a of b.
Artikel 1a:1, zesde lid
De beoordeling van de mogelijkheden tot arbeidsparticipatie wordt gebaseerd op een verzekeringsgeneeskundig en voor zover nodig een arbeidskundig onderzoek.
Artikel 1a:1, achtste lid
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen met betrekking tot het eerste, vierde en zesde lid nadere regels worden gesteld. Bedoelde algemene maatregel van bestuur is het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (het Schattingsbesluit).
Schattingsbesluit
Artikel 1a, eerste lid
Betrokkene heeft geen mogelijkheden tot arbeidsparticipatie als bedoeld in de artikelen 1a:1, eerste lid, 2:4, eerste lid, en 3:8a, eerste lid, van de Wajong, indien hij:
a. geen taak kan uitvoeren in een arbeidsorganisatie;
b. niet over basale werknemersvaardigheden beschikt;
c. niet aaneengesloten kan werken gedurende ten minste een periode van een uur; of
d. niet ten minste vier uur per dag belastbaar is, tenzij hij ten minste twee uur per dag belastbaar is en in staat is per uur ten minste een bedrag te verdienen dat gelijk is aan het minimumloon per uur.
Artikel 1a, tweede lid
Een taak als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, is de kleinste eenheid van een functie en bestaat uit één of meerdere handelingen.