ECLI:NL:RBZWB:2023:7096
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen afwijzing verzoek voorlopige voorziening bestuursrecht
Op 12 oktober 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzet tegen een eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter. In de eerdere uitspraak van 30 augustus 2023 werd het verzoek om een voorlopige voorziening van de opposant afgewezen. De opposant, die woonachtig is in [woonplaats verzoeker], heeft hiertegen verzet ingesteld. De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat er geen wettelijke basis is voor het indienen van verzet tegen de uitspraak op het verzoek om een voorlopige voorziening, zoals vastgelegd in artikel 8:55, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank verwijst hierbij naar eerdere uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en de Centrale Raad van Beroep ter ondersteuning van haar standpunt. Gelet op deze overwegingen heeft de rechtbank zich onbevoegd verklaard om het verzet te behandelen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. J.E.C. Vriends, rechter, in aanwezigheid van drs. A. Lemaire, griffier, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.