ECLI:NL:RBZWB:2023:6557
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de bevoegdheid van de bestuursrechter inzake de afwijzing van een verzoek om financiële ondersteuning door het Ondersteuningsfonds Tilburg
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn verzoek om ondersteuning wegens een hoge energierekening. Het Ondersteuningsfonds heeft deze aanvraag op 26 september 2022 afgewezen. De afwijzing werd in stand gehouden na een bezwaar van eiser op 11 oktober 2022. Op 3 november 2022 heeft het Ondersteuningsfonds alsnog een tegemoetkoming van € 72,- toegekend, waartegen het beroep zich ook richt. De rechtbank heeft het beroep op 13 juli 2023 behandeld, waarbij eiser en vertegenwoordigers van het Ondersteuningsfonds aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt of het Ondersteuningsfonds op goede gronden de tegemoetkoming (gedeeltelijk) heeft geweigerd. De rechtbank verklaart zich onbevoegd om van het beroep kennis te nemen, omdat het Ondersteuningsfonds niet kan worden aangemerkt als bestuursorgaan. Dit oordeel is gebaseerd op de vraag of het Ondersteuningsfonds met enig openbaar gezag is bekleed. De rechtbank concludeert dat het Ondersteuningsfonds geen bestuursorgaan is, omdat het niet krachtens publiekrecht is ingesteld en de gemeente geen doorslaggevende invloed heeft op de besluitvorming van het fonds.
De rechtbank verklaart zich onbevoegd om van het beroep kennis te nemen, wat betekent dat er geen aanleiding is voor een veroordeling in de proceskosten of vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is gedaan door mr. drs. E.J. Govaers en openbaar gemaakt op 14 september 2023. Een afschrift van de uitspraak is verzonden aan de betrokken partijen.