Uitspraak
RECHTBANK Zeeland-West-Brabant
[eiser in conventie],
1.[gedaagde in conventie sub 1] B.V.,
2.
[gedaagde in conventie sub 2],
3.
[gedaagde in conventie sub 3],
4.
[gedaagde in conventie sub 4],
5.
[gedaagde in conventie sub 5],
6.
[gedaagde in conventie sub 6],
1.De procedure
- de dagvaarding van 9 juni 2023 met producties 1 t/m 48;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie met producties 1 t/m 46;
- de akte overlegging aanvullende productie tevens akte eiswijziging en verzoek gebruik te maken van bevoegdheid ex artikel 22 Rv van [eiser in conventie] met productie 49;
- de akte overlegging aanvullende producties van [eiser in conventie] met producties 50 tot en met 64;
- de akte houdende aanvullende producties van [gedaagden in conventie] met producties 47 tot en met 49;
- de akte houdende aanvullende producties 2.0 van [gedaagden in conventie] met 50 tot en met 53;
- de mondelinge behandeling van 2 augustus 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt;
- de pleitaantekeningen van [eiser in conventie] ;
- de pleitnota van [gedaagden in conventie]
2.De feiten
- [STAK 2] ( [gedaagde in conventie sub 2] );
- [STAK 3] ( [naam 1] );
- [holding 1] BV ( [naam 2] );
- [holding 2] BV ( [naam 3] ); en
- [holding 3] B.V. ( [naam 4] .
3.Het geschil
§ 6.6.12) van de dagvaarding;
4.De standpunten van partijen
fishing expedition’ nu uit het door [eiser in conventie] overgelegde bewijs al genoegzaam blijkt dat [gedaagden in conventie] betrokken zijn geweest bij het overnemen van werknemers, klanten en/of telers van [eiser in conventie] .
supply chainvan [gedaagde in conventie sub 1] . Dat klanten en telers dan overstappen, is simpele marktwerking. Ten slotte betwisten [gedaagden in conventie] dat zij gebruik zouden hebben gemaakt van vertrouwelijke informatie van [eiser in conventie] . De kennis, kunde en ervaring die een werknemer heeft opgedaan bij zijn voormalig werkgever kan niet als vertrouwelijke informatie worden bestempeld. Welke vertrouwelijke informatie dan zou zijn gebruikt door [gedaagden in conventie] , is onduidelijk. [eiser in conventie] maakt volgens [gedaagden in conventie] het bestaan van een rechtsbetrekking met ieder van [gedaagden in conventie] niet aannemelijk.
fishing expedition.
5.De beoordeling
NJ1956/157,
Boogaard/Veste) over onrechtmatige concurrentie door voormalig werknemers. Die rechtspraak komt er op neer dat sprake is van onrechtmatige concurrentie als de voormalig werknemer het duurzame bedrijfsdebiet van zijn voormalig werkgever stelselmatig en substantieel afbreekt, en daarbij gebruik maakt van kennis en gegevens die hij bij zijn voormalig werkgever vertrouwelijk heeft verkregen. In de (lagere) jurisprudentie is eveneens aanvaard dat bijzondere omstandigheden kunnen meebrengen dat, ook wanneer de gedragingen niet voldoen aan het zogenoemde Boogaard/Vesta-criterium, zij toch onrechtmatig zijn. Daarbij kan gedacht worden aan bewuste misleiding van de klanten van de voormalig werkgever.
moet worden aangenomen’ dat de inspanningen van gedaagden om werknemers, klanten en telers van [eiser in conventie] over te nemen al werden voorbereid lang voordat zij zichtbaar werden voor [eiser in conventie] en dat [gedaagde in conventie sub 3] ‘
vermoedelijk’ daarin een sleutelrol heeft vervuld (§ 2.3.5 dagvaarding). [eiser in conventie] onderbouwt deze
vermoedensmet de stellingen dat [gedaagde in conventie sub 2] geen interesse zou hebben om zijn vader op te volgen, [gedaagde in conventie sub 3] over verdergaande kennis en kunde beschikt dan [gedaagde in conventie sub 2] en dat het aflopen van het concurrentie- en wervingsverbod zou zijn afgewacht. Verder wijst [eiser in conventie] er op dat de betrokkenheid van [gedaagde in conventie sub 3] bij teeltlocaties door [gedaagde in conventie sub 1] is bevestigd in e-mails en publicaties. [naam 17] , CEO van [eiser in conventie] , heeft verklaard ‘
te hebben begrepen’ dat [gedaagde in conventie sub 3] vanaf 2017/2018 teeltlocaties is gaan opzetten (productie 55 [eiser in conventie] ). Ook stelt [eiser in conventie] dat [gedaagde in conventie sub 3] ‘
hoogstwaarschijnlijk’ ook zelf een financieel belang heeft bij [gedaagde in conventie sub 1] (§ 2.3.11 dagvaarding). [eiser in conventie] onderbouwt dit onder meer door te wijzen op het adres waar [STAK 1] staat ingeschreven en het feit dat [gedaagde in conventie sub 3] bestuurder is van [STAK 3] en [holding 5] B.V. Daarnaast stelt [eiser in conventie] dat ‘
vermoedelijk’ onder leiding van [gedaagde in conventie sub 3] de onderneming van [eiser in conventie] is gekopieerd en sleutelwerknemers zijn overgenomen (§ 3.1.7 en 3.1.8 dagvaarding), waarna deze werknemers zijn ingezet om klanten en telers van [eiser in conventie] af te pakken, wederom heeft [gedaagde in conventie sub 3] hierin ‘
vermoedelijk’ de leiding gehad (§ 3.1.9 dagvaarding).
predatory pricing, prijzen die op een zodanig laag niveau liggen dat onmogelijk winst kan worden gerealiseerd. Verder stelt [eiser in conventie] dat [gedaagde in conventie sub 1] een groot aantal klanten en telers van [eiser in conventie] heeft benaderd teneinde hen te overtuigen te vertrekken bij [eiser in conventie] en samen te werken met [gedaagde in conventie sub 1] . Dat is gefaseerd gebeurd. Eerst heeft in 2020 een ‘bonengolf’ plaatsgevonden en vervolgens in 2022 een ‘spruitengolf’. Ten aanzien van de spruitengolf geldt dat nadat [gedaagde in conventie sub 1] [gedaagde in conventie sub 5] had aangetrokken, in het eerste kwartaal 2022, drie telers zijn overgestapt van [gedaagde in conventie sub 1] . 29% van het volume dat [eiser in conventie] verkrijgt via externe telers is overgegaan naar [gedaagde in conventie sub 1] . Naast enkele grote klanten, zoals supermarkten Jumbo en Plus, in Nederland en België is [gedaagde in conventie sub 1] er ook in geslaagd om [bedrijf 3] , een grote klant van [eiser in conventie] in het Verenigd Koninkrijk, exclusief aan zich te binden. Daarbij is gebruikt van de kennis van werknemers, zoals [gedaagde in conventie sub 5] en [gedaagde in conventie sub 6] . Ten aanzien van [bedrijf 3] geldt dat gebruik is gemaakt van kennis over prijzen. [gedaagde in conventie sub 1] is onder de prijs van [eiser in conventie] gaan zitten. [naam 14] , destijds werkzaam bij [bedrijf 3] , heeft dit verklaard.
predatory pricing. De prijzen in de AGF-markt zijn ook niet vertrouwelijk. De AGF-markt is een transactionele markt. Prijzen fluctueren van dag op dag. Het is niet ongebruikelijk dat prijzen van concurrenten door een klant gedeeld worden om zo te proberen een lagere prijs te krijgen. Ten aanzien van de overgestapte telers geldt dat er diverse telers zijn overgestapt naar andere concurrenten van [eiser in conventie] . Dat [gedaagde in conventie sub 1] aantrekkelijk is voor telers, komt doordat zij een kortere
supply chainheeft. Dat telers dan ervoor kiezen om over te stappen, is niet onrechtmatig. [gedaagden in conventie] heeft ter onderbouwing van haar verweer een verklaring van [teler] overgelegd, waarin hij – kort gezegd – verklaart dat sprake was van een afnemend vertrouwen in [eiser in conventie] , onder meer door de veranderingen binnen [eiser in conventie] .
predatory pricing. De enige onderbouwing die [eiser in conventie] hiervoor geeft, is de verklaring van [naam 14] . Daaruit blijkt niet dat [gedaagde in conventie sub 1] extreem lage prijzen hanteerde, maar enkel dat [gedaagde in conventie sub 1] net onder de prijs van [eiser in conventie] is gaan zitten. Het is niet onrechtmatig om gunstigere prijzen te hanteren dan de concurrent. Bovendien heeft [gedaagden in conventie] gesteld dat sprake is van een transactionele markt waardoor prijzen geen tot weinig vertrouwelijk karakter hebben. Dat is onvoldoende betwist door [eiser in conventie] . Ten aanzien van de telers die zijn overgestapt heeft [eiser in conventie] – mede gelet op het verweer van [gedaagden in conventie] – onvoldoende onderbouwd dat [gedaagden in conventie] gebruik heeft gemaakt van vertrouwelijke informatie om telers over te halen. Dat de overstap van telers voor een groot deel samenviel met de overstap van [gedaagde in conventie sub 5] , is daarvoor onvoldoende. Dit is louter speculatie.
- [naam 10] , dat op 4 maart 2020 door [gedaagde in conventie sub 4] is herzien, waarna zij per 9 juli 2021 uit dienst is getreden en per 1 oktober 2021 in dienst is getreden van [gedaagde in conventie sub 1] België;
- [gedaagde in conventie sub 5] , waarbij [gedaagde in conventie sub 4] op 12 en op 26 mei 2020 verzocht heeft om het non-concurrentiebeding te versoepelen en [gedaagde in conventie sub 5] vervolgens per 31 augustus 2021 uit dienst is getreden bij [eiser in conventie] en per 1 februari 2022 werkzaamheden is gaan verrichten voor [gedaagde in conventie sub 1] ;
- [gedaagde in conventie sub 6] , waarbij [gedaagde in conventie sub 6] [gedaagde in conventie sub 4] op 29 mei 2020 heeft verzocht om zijn non-concurrentiebeding te versoepelen dat vervolgens onder meer is verkort naar 1 jaar en waarbij [gedaagde in conventie sub 6] per 31 januari 2021 uit dienst is getreden bij [eiser in conventie] en vanaf januari 2022 werkzaamheden is gaan verrichten voor [gedaagde in conventie sub 1] .