ECLI:NL:RBZWB:2023:6341
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd aan belanghebbende
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 1 september 2023, wordt het beroep van belanghebbende tegen de naheffingsaanslag parkeerbelasting beoordeeld. De heffingsambtenaar van de gemeente Tilburg had op 5 januari 2023 een naheffingsaanslag van € 54,77 opgelegd aan belanghebbende, omdat de verschuldigde parkeerbelasting niet was voldaan. Belanghebbende had zijn auto, een Volkswagen Golf, geparkeerd aan een adres waar parkeerbelasting verschuldigd was, maar had zich per abuis aangemeld in een verkeerde parkeerzone via de parkeerapp. Hij voerde aan dat hij slechts € 0,25 te weinig had betaald en dat de naheffingsaanslag in strijd was met de redelijkheid en billijkheid.
De rechtbank oordeelt dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd. De rechtbank stelt vast dat belanghebbende zelf verantwoordelijk is voor het invoeren van de juiste gebiedscode in de parkeerapp en dat de onduidelijkheid ter plaatse en in de app geen invloed heeft op zijn onderzoeksplicht. De rechtbank benadrukt dat de wet geen ruimte biedt om de naheffing op basis van redelijkheid en billijkheid achterwege te laten. De heffingsambtenaar heeft de bevoegdheid om een forfaitair bedrag bij naheffing in rekening te brengen, ongeacht of er voor een deel van het uur wel parkeerbelasting is voldaan.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep ongegrond, waardoor belanghebbende geen griffierecht terugkrijgt en ook geen vergoeding van proceskosten ontvangt. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.