ECLI:NL:RBZWB:2023:6297
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 15 september 2023, wordt het beroep van de belanghebbende tegen de aanslag inkomstenbelasting en premievolksverzekeringen over het jaar 2020 behandeld. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat de belanghebbende het verschuldigde griffierecht van € 50,- niet heeft betaald. De rechtbank wijst erop dat het niet tijdig betalen van het griffierecht niet verontschuldigbaar is, aangezien de griffier de belanghebbende tijdig heeft geïnformeerd over de betalingsverplichting en de termijn waarbinnen het griffierecht moest worden voldaan.
De rechtbank legt uit dat volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het griffierecht moet worden betaald bij het instellen van beroep. De griffier heeft de belanghebbende op 8 april 2023 en opnieuw op 7 mei 2023 gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht. Ondanks deze herinneringen heeft de belanghebbende het griffierecht niet op tijd voldaan en geen verontschuldiging voor dit verzuim gegeven. Hierdoor komt de rechtbank tot de conclusie dat het beroep niet-ontvankelijk is en dat het bestreden besluit in stand blijft.
De uitspraak benadrukt het belang van het tijdig betalen van griffierechten in bestuursrechtelijke procedures en de gevolgen van het niet voldoen aan deze verplichting. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk, wat betekent dat er geen inhoudelijke beoordeling van de zaak plaatsvindt en dat er geen proceskostenveroordeling wordt uitgesproken. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.