ECLI:NL:RBZWB:2023:6207
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete wegens overschrijding fosfaatgebruiksnorm door agrarisch bedrijf
In deze zaak heeft eiseres, een V.O.F. die een gemengd bedrijf van akkerbouw en pluimvee exploiteert, beroep ingesteld tegen een besluit van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Dit besluit, dat dateert van 8 december 2022, betreft de oplegging van een bestuurlijke boete van € 25.707,-- wegens overschrijding van de fosfaatgebruiksnorm in 2020. De rechtbank heeft de zitting gehouden op 19 juni 2023 in Breda, waar eiseres werd vertegenwoordigd door een gemachtigde en een deskundige, ir. [naam 2]. De minister werd vertegenwoordigd door mr. A.H. Spriensma-Heringa.
Eiseres betwist de berekening van de minister met betrekking tot de hoeveelheid door haar geproduceerde mest en stelt dat de minister onterecht heeft geconcludeerd dat de fosfaatgebruiksnorm is overschreden. De rechtbank overweegt dat de bewijslast bij eiseres ligt en dat zij niet voldoende gegevens heeft overgelegd ter onderbouwing van haar stelling dat geen mest afkomstig van haar pluimvee is toegediend aan de landbouwgrond. De rechtbank stelt vast dat de minister op basis van de door eiseres aangeleverde gegevens een stalbalans heeft opgemaakt en dat de eindbalans op 31 december 2020 is vastgesteld op 332,70 ton.
De rechtbank concludeert dat eiseres niet heeft voldaan aan de verantwoordingsplicht en dat de minister de boete terecht heeft opgelegd. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst erop dat tegen deze uitspraak binnen zes weken hoger beroep kan worden ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.