ECLI:NL:RBZWB:2023:4360
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Onbevoegdheid voorzieningenrechter bij verzoek om betalingsregeling in belastingkwestie
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 23 juni 2023, wordt een verzoek om een voorlopige voorziening behandeld. Verzoekster, een belanghebbende uit een niet gespecificeerde plaats, heeft een verzoek ingediend omdat zij nog geen antwoord op haar bezwaar heeft ontvangen, maar wel geconfronteerd wordt met een openstaand bedrag dat zij niet kan betalen. De voorzieningenrechter oordeelt dat het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk is en dat hij onbevoegd is om te oordelen over de betalingsregeling. Dit is gebaseerd op het feit dat de bestuursrechter niet bevoegd is om over geschillen inzake een betalingsregeling van een belastingaanslag te oordelen. Verzoekster moet zich voor dergelijke geschillen wenden tot de civiele rechter.
De voorzieningenrechter wijst erop dat indien iemand een verzoek om voorlopige voorziening indient, het noodzakelijk is om een afschrift van het besluit waarop het geschil betrekking heeft te overleggen. In dit geval heeft verzoekster dit verzuim niet hersteld, ondanks herhaalde verzoeken van de rechtbank om dit te doen. Hierdoor is er geen reden gegeven voor het verzuim en is het verzoek niet-ontvankelijk verklaard. De voorzieningenrechter heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.