ECLI:NL:RBZWB:2023:4286
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- P.B. van Onzenoort
- T. Peters
- E.J. Govaers
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen de verlening van een omgevingsvergunning voor de bouw van recreatiewoningen
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 22 juni 2023, wordt het beroep van eisers tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Baarle-Nassau beoordeeld. Het college had op 11 februari 2022 een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van tien recreatiewoningen op het terrein van vergunninghouder [naam vergunninghouder] in [plaatsnaam]. Eisers, vertegenwoordigd door mr. K.E. Hendriksen, stelden dat zij belanghebbenden zijn en dat de vergunning in strijd is met het bestemmingsplan. De rechtbank oordeelt dat de eisers, met uitzondering van eiser [naam eiser 2], niet-ontvankelijk zijn verklaard in hun bezwaar, omdat zij niet voldoen aan de criteria van belanghebbendheid. De rechtbank concludeert dat de vergunninghouder en het college terecht hebben betoogd dat de machtiging van de eisers om in beroep te gaan niet toereikend was. De rechtbank komt tot de conclusie dat het beroep ongegrond is en dat het bestreden besluit in stand blijft. De rechtbank wijst erop dat de eisers geen gevolgen van enige betekenis ondervinden van de bouw van de recreatiewoningen, aangezien zij op ruime afstand wonen en geen zicht hebben op het bouwproject. De rechtbank bevestigt dat de vergunning voor de tien recreatiewoningen in overeenstemming is met het bestemmingsplan, dat geen totaal aantal objecten voorschrijft, maar een maximum per type object. De rechtbank wijst het verzoek om terugbetaling van griffierecht af en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.