Op 26 augustus 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen eisers sub 1, vertegenwoordigd door eiser [naam eiser sub 1] en eiseres sub 2, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Baarle-Nassau. De zaak betreft een beroep tegen een besluit van 19 mei 2020, waarbij de bezwaren van eisers tegen de verleende omgevingsvergunning voor het tijdelijk plaatsen van 660 zonnepanelen op een kadastraal perceel zijn afgewezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep van eisers sub 1 gegrond is, omdat zij ten onrechte niet-ontvankelijk zijn verklaard. De rechtbank oordeelt dat eisers sub 1 wel degelijk een rechtstreeks belang hebben bij de omgevingsvergunning, aangezien zij bijdragen aan de instandhouding van de gemeenschappelijke voorzieningen op het park waar de zonnepanelen worden geplaatst. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt verweerder op om binnen acht weken een nieuw, inhoudelijk besluit te nemen op de bezwaren van eisers sub 1. Eiseres sub 2 is niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij haar recreatiewoning heeft verkocht en geen rechtens te honoreren belang meer heeft. De rechtbank heeft ook bepaald dat het griffierecht aan eisers sub 1 moet worden vergoed en dat verweerder in de proceskosten van eisers sub 1 moet worden veroordeeld.