ECLI:NL:RBZWB:2023:4280
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting en verzuimboete bij gebruik van geschorst kenteken
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Zeeland-West-Brabant het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst. De inspecteur had aan belanghebbende een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting opgelegd van € 1.634 voor het tijdvak van 27 september 2020 tot en met 3 september 2021, alsook een verzuimboete van hetzelfde bedrag. De rechtbank heeft op 19 juni 2023 de zaak behandeld, waarbij de gemachtigde van belanghebbende en twee inspecteurs aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd, omdat belanghebbende op 9 juli 2021 met een geschorst kenteken gebruik heeft gemaakt van de openbare weg. De rechtbank stelt vast dat de camper van belanghebbende niet op die datum aan een APK-keuring was onderworpen, wat betekent dat de vrijstelling van belasting niet van toepassing was. De rechtbank wijst erop dat het de verantwoordelijkheid van belanghebbende was om op de hoogte te zijn van de voorwaarden van de schorsingsregeling.
Wat betreft de verzuimboete, oordeelt de rechtbank dat deze terecht is opgelegd, maar vermindert het bedrag tot € 250. De rechtbank houdt rekening met de intentie van belanghebbende om te handelen in overeenstemming met de wet, de beperkte overtreding, en de financiële omstandigheden van belanghebbende. De rechtbank verklaart het beroep gegrond voor zover het betrekking heeft op de verzuimboete, maar handhaaft de naheffingsaanslag. De inspecteur moet het griffierecht van € 50 aan belanghebbende vergoeden.