ECLI:NL:RBZWB:2023:3622
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 26 mei 2023 uitspraak gedaan in een belastingrechtelijke kwestie. De belanghebbende had gereageerd op een uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de belastingdienst, die deze reactie als beroepschrift had aangemerkt en naar de rechtbank had doorgestuurd. Het beroep betrof een naheffingsaanslag omzetbelasting voor het tijdvak juli 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht niet was betaald. Volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het instellen van beroep. In dit geval was het griffierecht vastgesteld op € 184,-. De griffier had de belanghebbende per aangetekende brief op 10 februari 2023 in de gelegenheid gesteld om het griffierecht binnen vier weken te betalen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de belanghebbende het griffierecht niet tijdig heeft betaald en geen verontschuldigingen heeft aangedragen voor dit verzuim. Hierdoor heeft de rechtbank het beroep niet inhoudelijk beoordeeld en het bestreden besluit in stand gelaten. De rechtbank heeft besloten dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.