ECLI:NL:RBZWB:2023:2386
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaken
Op 7 april 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een belastingrechtelijke zaak tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de gemeente Breda. De belanghebbende had beroep ingesteld tegen de uitspraken op bezwaar van de heffingsambtenaar, betreffende naheffingsaanslagen parkeerbelasting. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn, omdat de belanghebbende het verschuldigde griffierecht van € 50,- niet tijdig heeft betaald.
Volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het instellen van beroep. De rechtbank heeft de belanghebbende in de gelegenheid gesteld om het griffierecht te voldoen, maar ondanks aangetekende brieven van de griffier, is het griffierecht niet op tijd betaald. De rechtbank heeft geoordeeld dat er in deze samenhangende zaken slechts eenmaal griffierecht verschuldigd is, maar dat de niet-tijdige betaling niet verontschuldigbaar is.
Daarom heeft de rechtbank de beroepen niet-ontvankelijk verklaard zonder zitting, zoals mogelijk gemaakt door artikel 8:54 van de Awb. De uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, in aanwezigheid van P. van der Hoeven, griffier. De beslissing is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.