ECLI:NL:RBZWB:2023:220
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van WOZ-beschikkingen en aanslagen rioolheffing door de rechtbank
Op 17 januari 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin belanghebbende, vertegenwoordigd door mr. D.A.N. Bartels, beroep heeft ingesteld tegen de uitspraken op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Schouwen-Duiveland. De heffingsambtenaar had op 2 november 2021 WOZ-beschikkingen vastgesteld voor de hotelsuites van belanghebbende, gelegen aan [adres] te [plaats], met een waardepeildatum van 1 januari 2020. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen deze beschikkingen, maar de heffingsambtenaar heeft het bezwaar ongegrond verklaard. De rechtbank heeft vastgesteld dat de WOZ-waarde van de hotelsuites niet in strijd is met de wet, omdat belanghebbende geen direct financieel gevolg ondervindt van de vastgestelde WOZ-waarde. De rechtbank heeft het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard, omdat de rechtsregel van artikel 17 van de Wet WOZ niet strekt tot bescherming van zijn belangen. Daarnaast heeft de rechtbank de aanslagen rioolheffing beoordeeld, maar vastgesteld dat belanghebbende geen gronden heeft aangevoerd tegen deze aanslagen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de beroepen kennelijk ongegrond zijn en heeft het verzoek om immateriële schadevergoeding afgewezen, omdat de redelijke termijn voor behandeling van het geschil niet is overschreden.