ECLI:NL:RBZWB:2022:7671

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
16 december 2022
Publicatiedatum
16 december 2022
Zaaknummer
BRE-22_3399_tm_3401
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens ontbreken volmacht en handelsregister uittreksel

Op 16 december 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarbij de belanghebbende, vertegenwoordigd door een gemachtigde, beroep heeft ingesteld tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van de belastingdienst. De inspecteur had boetebeschikkingen opgelegd bij naheffingsaanslagen omzetbelasting. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn, omdat de gemachtigde geen machtiging had overgelegd waaruit blijkt dat hij bevoegd was om namens de belanghebbende beroep in te stellen. Dit is in strijd met artikel 8:24, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft de gemachtigde herhaaldelijk verzocht om dit verzuim te herstellen, maar ondanks toezeggingen zijn de ontbrekende documenten niet ingediend. Hierdoor kon de rechtbank niet anders dan de beroepen niet-ontvankelijk verklaren. De rechtbank heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Belastingrecht
zaaknummers: BRE 22/3399 tot en met 22/3401

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 december 2022 in de zaken tussen

[belanghebbende]., uit [plaats], belanghebbende

(gesteld gemachtigde: [gemachtigde]),
en

De inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Procesverloop

Namens belanghebbende is tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van 22 juli 2022, betreffende de boetebeschikkingen bij de naheffingsaanslagen omzetbelasting met aanslagnummers [aanslagnummer], [aanslagnummer] en [aanslagnummer], beroep ingesteld.

Overwegingen

Omdat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn doet de rechtbank uitspraak zonder zitting. Artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) maakt dat mogelijk. De rechtbank legt hierna uit waarom de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn.
Iemand die namens een ander beroep instelt, moet op verzoek van de rechtbank een machtiging indienen om aan te tonen dat hij namens die ander beroep mag instellen. Dit staat in artikel 8:24, tweede lid, van de Awb. Als dat niet gebeurt, kan de rechtbank het beroep op grond van artikel 6:6 van de Awb niet-ontvankelijk verklaren.
[gemachtigde] heeft bij de beroepschriften geen machtiging bijgevoegd waaruit blijkt dat hij gemachtigd is beroep in te stellen namens [belanghebbende]. Ook is er geen uittreksel uit handelsregister meegestuurd. De rechtbank heeft [gemachtigde] bij brief van 11 juli 2022 verzocht om binnen zes weken dit verzuim te herstellen. Dit verzoek is herhaald bij aangetekende brief van 29 augustus 2022 met een laatste termijn van twee weken. Deze brieven bevatten de waarschuwing dat indien het verzuim niet tijdig wordt hersteld, de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk kan verklaren.
Bij e-mail van 1 september 2022 heeft [gemachtigde] aangegeven in verband met vakantie in de week van 26 september 2022 de ontbrekende gegevens te doen toekomen.
Bij aangetekende brief van 2 september 2022 heeft de griffier uitstel verleend tot vier weken na de datum van verzending van die brief.
Volgens gegeven van Track&Trace van PostNL is de aangetekende brief van 2 september 2022 afgeleverd op het door [gemachtigde] opgegeven adres.
Bij brief van 28 september 2022 motiveert [gemachtigde] het beroep. Hierbij zijn echter geen machtiging en ook geen uittreksel uit het handelsregister overgelegd.
De beroepen zijn daarom kennelijk niet-ontvankelijk.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, in aanwezigheid van P. van der Hoeven, griffier, op 16 december 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.