ECLI:NL:RBZWB:2022:6548

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
25 maart 2022
Publicatiedatum
7 november 2022
Zaaknummer
21-017985
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing op klaagschrift ex artikel 552a Sv inzake inbeslagname van een personenauto met hennep

Op 25 maart 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant in Breda een beslissing genomen op een klaagschrift ex artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering. Het klaagschrift was ingediend door klager, vertegenwoordigd door mr. M.S. Yap, en betrof de opheffing van het beslag op een personenauto die op 16 november 2021 in beslag was genomen. De auto, een zwarte Opel Corsa, was aangetroffen met bijna één kilogram hennep en een paspoort van klager. Tijdens de behandeling in raadkamer op 11 maart 2022 zijn de officier van justitie, mr. J. Castelein, en klager gehoord. Klager stelde dat hij de auto had uitgeleend en niet op de hoogte was van de inhoud ervan. De officier van justitie betwistte dit en stelde dat er voldoende bewijs was dat klager betrokken was bij strafbare feiten.

De rechtbank overwoog dat het belang van strafvordering zich verzet tegen teruggave van de auto, omdat deze mogelijk gebruikt is voor strafbare feiten. De rechtbank stelde vast dat klager verdacht werd van het vervoeren van een grote hoeveelheid hennep en dat de auto in verband stond met deze verdenking. Gezien de omstandigheden en de mogelijkheid van verbeurdverklaring van de auto, verklaarde de rechtbank het klaagschrift ongegrond. De beslissing werd genomen door mr. R.P. Broeders, rechter, in aanwezigheid van mr. M.A.E. de Kroon, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op dezelfde dag.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team strafrecht
Locatie Breda
parketnummer: 02/016614-22
rk.nummer: 21-017985
Beslissing op het klaagschrift ex artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering van:
[klager]
geboren op [geboortedag] 1991 te [geboorteplaats]
woonplaats kiezende ten kantore van mr. M.S. Yap, Van der Rijnstraat 57, 4611 PP Bergen op Zoom
hierna te noemen: klager.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende stukken:
  • de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 van het Wetboek van Strafvordering (hierna te noemen: Sv), waaruit blijkt dat op 16 november 2021 onder klager in beslag is genomen: een personenauto van het merk Opel Corsa, zwart, en voorzien van het kenteken [kenteken] .
  • het klaagschrift, ingediend op 22 november 2021 ter griffie van deze rechtbank ingevolge artikel 552a Sv;
  • het verweerschrift van de officier van justitie; en
  • de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
Het klaagschrift is behandeld in raadkamer op 11 maart 2022. Gehoord zijn de officier van justitie, mr. J. Castelein, klager en mr. M.S. Yap als raadsman van klager.
Het klaagschrift strekt tot opheffing van het gelegde beslag met last tot teruggave aan de klager. Daartoe is aangevoerd dat het belang van strafvordering zich niet tegen teruggave verzet, nu er geen sprake is van concrete handelingen in een strafrechtelijk onderzoek, de personenauto niet dient om de waarheid aan de dag te brengen van enig strafbaar feit of om wederrechtelijk voordeel aan te tonen. Klager heeft niet te maken met enige strafbare feiten die in de kennisgeving van de inbeslagneming worden omschreven.
De raadsman heeft in raadkamer aangevoerd dat klager de personenauto heeft uitgeleend. Klager is onbekend met hetgeen in de personenauto is aangetroffen.
De officier van justitie heeft zich in raadkamer op het standpunt gesteld dat er geen details zijn verstrekt over degene aan wie klager de auto zou hebben uitgeleend. Daarbij hebben verbalisanten klager herkend en lag er een paspoort van klager in de auto. Er is bijna één kilogram hennep in de auto aangetroffen. De officier van justitie heeft medegedeeld dat klager is gedagvaard en de strafzaak op 12 april 2022 staat gepland. Gelet op het voorgaande is het niet hoogst onwaarschijnlijk dat de strafrechter, later oordelend, de verbeurdverklaring van de personenauto zal bevelen.

2.De beoordeling

De raadkamer van de rechtbank is bevoegd tot afdoening van het klaagschrift.
Het klaagschrift is klager is ontvankelijk in het klaagschrift.
Bij de beoordeling stelt de rechtbank voorop dat het onderzoek in raadkamer naar aanleiding van een klaagschrift als bedoeld in artikel 552a Sv een summier karakter draagt. Dat betekent dat van de rechter niet kan worden gevergd ten gronde in de mogelijke uitkomst van een nog te voeren hoofdzaak of ontnemingsprocedure te treden.
De rechtbank overweegt over het klaagschrift tegen het strafvorderlijk beslag dat is gelegd op grond van artikel 94 Sv als volgt.
Volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad sinds HR 28 september 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL2823, NJ 2010/654, r.o. 2.8 en 2.9, dient de rechter, in geval van een klaagschrift tegen een op grond van artikel 94 Sv gelegd beslag:
a. te beoordelen of het belang van strafvordering het voortduren van het beslag vordert, en zo neen,
b. de teruggave van het inbeslaggenomen voorwerp te gelasten aan de beslagene, tenzij een ander redelijkerwijs als rechthebbende ten aanzien van dat voorwerp moet worden beschouwd.
In dit laatste geval moet het klaagschrift van de beslagene ongegrond worden verklaard en kan, mits de hiervoor bedoelde ander zelf een klaagschrift heeft ingediend, de teruggave aan die rechthebbende worden gelast.
Het belang van strafvordering verzet zich tegen teruggave indien het veiligstellen van de belangen waarvoor artikel 94 Sv de inbeslagneming toelaat, het voortduren van het beslag nodig maakt. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer de desbetreffende voorwerpen kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen of om wederrechtelijk verkregen voordeel aan te tonen. Voorts verzet het door artikel 94 Sv beschermde belang van strafvordering zich tegen teruggave indien niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer van het voorwerp zal bevelen, al dan niet naar aanleiding van een afzonderlijke vordering daartoe als bedoeld in artikel 36b, eerste lid onder 4o, Sr in verbinding met artikel 552f Sv.
De rechtbank stelt vast dat klager wordt verdacht van het vervoeren van een grote hoeveelheid hennep. De tas met daarin de hennep bevond zich in de auto van klager. Gelet op de verdenking tegen klager en het feit dat de auto is gebruikt bij de vermoedelijke strafbare feiten acht de rechtbank het niet hoogst onwaarschijnlijk dat de strafrechter, later oordelend, de verbeurdverklaring van de auto zal bevelen.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank het klaagschrift gericht tegen het op grond van artikel 94 Sv gelegde beslag ongegrond verklaren.

3.De beslissing

De rechtbank verklaart:
- het klaagschrift ongegrond.
Deze beslissing is op 25 maart 2022 gegeven door mr. R.P. Broeders, rechter, in tegenwoordigheid van mr. M.A.E. de Kroon, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 25 maart 2022.
INFORMATIE RECHTSMIDDEL
Tegen deze beslissing kan door het Openbaar Ministerie binnen veertien dagen na dagtekening van deze beslissing en door de klager binnen veertien dagen na de betekening van deze beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).